Verkrachting door meerdere daders (Multiple-Perpetrator Rape)

Vrouw in kooi met tekst "aanraken toegestaan"

Door Karen Franklin PhD, 22 september 2025

Verkrachting door meerdere daders (Multiple-Perpetrator Rape) is een onderwerp dat verbazingwekkend weinig aandacht heeft gekregen. In de sector van zedendelinquenten worden groepsverkrachters doorgaans op één hoop gegooid met andere soorten zedendelinquenten, waaronder solo-verkrachters en pedofielen. Dit is een grote fout. In veel gevallen heeft verkrachting door meerdere daders weinig met seks te maken. Het is vaak eerder een vorm van cultureel theater, waarin het slachtoffer dient als een attribuut in een schouwspel (drama) waarmee mannen in het openbaar hun heteroseksuele mannelijkheid aan elkaar tonen.

In 2013 publiceerde een internationaal consortium van onderzoekers het “Handbook on the Study of Multiple Perpetrator Rape: A Multidisciplinary Response to an International Problem”, de eerste wetenschappelijke tekst die aan dit onderwerp is gewijd. Het boek brengt vooraanstaande onderzoekers en praktisch beoefenaars uit de psychologie, sociologie en rechten samen en onderzoekt de oorzaken, contexten en strategieën om dit sociale probleem aan te pakken. Mijn eigen bijdrage aan het boek richt zich op de rol van mannelijkheid bij groepsverkrachting.

Een kwalitatieve analyse van vijfentwintig spraakmakende zaken bracht twee concurrerende scripts aan het licht die door de westerse media werden gebruikt en grotendeels waren gebaseerd op het ras en de klasse van de verdachten. Het “verwilderde-beest-narratief (Feral Beasts narrative) speelt in op een diepe bron van raciale angsten door daders af te schilderen als wilden zonder morele waarden die onschuldige slachtoffers op wrede wijze verkrachten. Het “goede-jongens-script (Good Guys script)” bagatelliseert de gebeurtenis daarentegen en presenteert het als daden van jeugdige onbezonnenheid.

Door de nadruk te leggen op het morele karakter van de verdachte, transformeert ieder drama ‘groepsverkrachting door meerdere daders’ tot een voyeuristisch spektakel dat ver verwijderd is van de masculinistische (mannelijke) context. Terloops worden op subtiele wijze de regressieve (heersende) overtuigingen over gender, seks, ras en klasse versterkt.

Ik heb een bijbehorende webpagina gemaakt met reclameafbeeldingen uit de mode-industrie waarin ‘‘multiple perpetrator rape’’ wordt afgebeeld. Neem gerust een kijkje HIER.

Hoewel ze in verschillende settings plaatsvinden – van sportteams tot het leger, van elite-studentenverenigingen tot straatbendes – volgt verkrachting door meerdere daders doorgaans een zeer vastomlijnd scenario. Behalve als uiting van mannelijkheid kan het ook dienen om de sociale banden tussen mannen te versterken.

Mijn hoofdstuk in het boek bouwt voort op een analyse uit 2004 waarin groepsverkrachting wordt vergeleken met groepsgeweld tegen homoseksuele mannen en lesbiennes. Ik heb groepsverkrachting van vrouwen en geweld tegen (vermeende) homoseksuelen geconceptualiseerd als parallelle vormen van cultureel theater, waarbij de slachtoffers fungeren als inwisselbare attributen in een schouwspel (drama). Ook andere beruchte voorbeelden worden hierin meegenomen, waaronder de moord op Matthew Shepard in 1998 en een beruchte groepsverkrachting van een verstandelijk gehandicapt meisje in Glen Ridge, New Jersey, in 1989. Het hoofdstuk eindigt met aanbevelingen over hoe het model kan worden gebruikt om interventies te ontwikkelen die gericht zijn op de sociale normen die ten grondslag liggen aan deze twee zeer schadelijke vormen van geweld.

***Gepubliceerd op haar website karenfranklin.com, met haar toestemming vertaald door MitN***

Bronnen:

Hoewel er veel literatuur bestaat over verkrachting vanuit verschillende perspectieven, is er weinig dat zich richt op verkrachting door meerdere daders (ook wel groeps- of groepsverkrachting genoemd). Voor het eerst brengt dit handboek internationale, multidisciplinaire perspectieven op verkrachting door meerdere daders samen.

Het boek is zo opgezet dat het lezers een uitgebreid overzicht biedt van het denken, de theorieën en het empirisch bewijs over verkrachting door meerdere daders tot nu toe. Aspecten die aan bod komen zijn onder andere: verschillende contexten waarin verkrachting door meerdere daders plaatsvindt, zoals bendes, oorlog, studentenverenigingen en Zuid-Afrika; ervaringen van vrouwen en meisjes als slachtoffer en dader; delictkenmerken zoals leiderschap en rolverdeling, agressie en geweld; het belang van groepsgrootte; de ​​vervolging en behandeling van daders; en preventiestrategieën.

De bijdragen aan deze bundel zijn geschreven door vooraanstaande academici en professionals uit diverse disciplines die onderzoek en praktijkervaring op het gebied van verkrachting door meerdere daders samenbrengen door nieuwe gegevens te presenteren vanuit een sterke theoretische en contextuele basis. Dit boek vormt een belangrijke bron voor studenten en academici die zich bezighouden met verkrachting door meerdere daders en een essentieel naslagwerk voor professionals die in het veld werkzaam zijn, waaronder politieagenten, pedagogen, forensisch psychologen, jongerenwerkers, reclasseringsmedewerkers, advocaten, rechters en beleidsmakers.

  • Franklin, K. (2004). Enacting Masculinity: Antigay Violence and Group Rape as Participatory Theater. Sexuality Research & Social Policy: A Journal of the NSRC, 1(2), 25–40. https://doi.org/10.1525/srsp.2004.1.2.25

Twee veelvoorkomende vormen van geweld door jonge mannen in groepen zijn verkrachtingen van vrouwen en aanvallen op vermeende homoseksuele mannen. Dit artikel maakt gebruik van wetenschappelijke inzichten uit verschillende disciplines om een ​​theoretisch verband te leggen tussen deze twee schijnbaar uiteenlopende vormen van geweld. Het stelt dat de twee vormen van geweld voor bepaalde jonge mannen vrijwel identieke functies vervullen. Deze functies omvatten sociale binding, het vieren van macht en het publiekelijk tonen van heteroseksuele mannelijkheid door de ondergeschiktheid van vrouwen en mannen die als vrouwelijk worden gezien. Met andere woorden, groepsverkrachtingen van vrouwen en geweld tegen homoseksuelen zijn parallelle vormen van cultureel theater, waarbij de slachtoffers dienen als verwisselbare dramatische rekwisieten. Dit argument wordt ondersteund door een onderzoek naar een zaak uit 2003 waarin atleten van Mepham High School in Long Island, New York, hun jongere teamgenoten seksueel misbruikten tijdens een zomertrainingskamp van een week. (PsycINFO Database Record (c) 2016 APA, all rights reserved)

Verkrachting door meerdere daders vormt nationaal en internationaal een aanzienlijk probleem. Eerder onderzoek is echter beperkt en de bevindingen spreken elkaar vaak tegen. De details van 101 beschuldigingen van verkrachting die in een periode van zes maanden werden geregistreerd bij een groot politiekorps in Engeland, werden geanalyseerd. Bevindingen worden gepresenteerd over zaakclassificatie, kenmerken van slachtoffer en dader, aanpak en locatie van de aanval, samenstelling van de dadergroep en slachtoffertargeting. De bespreking van de bevindingen dient als basis om de valkuilen en voordelen van de gevestigde naamgeving en definitie van dit misdrijf te verkennen. Lokale en informele termen (bijv. “gang bang” en “streamlining”), evenals academische terminologie (bijv. “groepsverkrachting” en “gang rape”) worden besproken. Het artikel besluit met het voorstellen van een overkoepelende term “verkrachting door meerdere daders” ofwel “multiple perpetrator rape” die de ontwikkeling van een reeks subtypen mogelijk maakt, zowel lokaal als transnationaal.

Inzicht in factoren die de ernst van seksueel geweld tussen minderjarigen en vreemden beïnvloeden, heeft implicaties voor misdaadpreventie en mogelijk ook voor de beoordeling en behandeling van jeugdige zedendelinquenten. Deze studie onderzocht hoe slachtofferkenmerken en het aantal verdachten het gebruik van fysiek geweld en wapens en het voorkomen van penetratie beïnvloedden in 495 beschuldigingen van seksueel geweld gepleegd door minderjarigen tegen vreemden. Er werden statistisch significante interacties gevonden tussen de leeftijd van het slachtoffer en het geslacht van het slachtoffer voor het voorkomen van penetratie en het gebruik van geweld. Verschillen in delictkenmerken werden ook gevonden tussen delicten met variërende leeftijdsverschillen tussen slachtoffer en verdachte. Bij vergelijking van de penetratiegraad in aanwezigheid en afwezigheid van geweld, werd weinig verandering waargenomen voor alleenstaande verdachten. De penetratiegraad nam echter significant toe voor groepen in aanwezigheid van fysiek geweld, wat suggereert dat geweld in deze context mogelijk meer expressief dan instrumenteel is. Theoretische verklaringen en praktische implicaties worden overwogen.

The Metropolitan Police geeft de voorkeur aan de term “group rape” [boven gang rape] – met het argument dat “de meeste bendes niet gebaseerd zijn op etniciteit, maar op grondgebied: woonwijken, voetbalclubs en het vermogen om criminaliteit binnen dat gebied te beheersen” – en hun officiële standpunt is dat ze het gebruik van de term “gang rape” nooit hebben goedgekeurd. Toch wordt er in een van hun eigen rapporten, gedateerd april 2002, herhaaldelijk naar verwezen. Dus waarom deze verandering van aanpak?

“Eén reden is dat ‘gang rape’ een racistische lading heeft gekregen. Volgens de in Californië gevestigde klinisch psycholoog Karen Franklin draagt ​​groepsverkrachting een impliciete boodschap over klasse en ras met zich mee. In de populaire cultuur is ‘gang’ vaak een codewoord voor groepen jongeren uit de lagere klasse, en met name niet-blanke jongeren. Veel groepsverkrachtingen, zegt Franklin, worden gepleegd door welgestelde jonge mannen, vaak leden van studentenverenigingen en sportteams in plaats van bendes, en de term ‘groepsverkrachting’ maakt het mogelijk om ook deze meer bevoorrechte verkrachters mee te rekenen. The Met, suggereert ze, heeft gelijk. “Vroeger… had het woord ‘gang’ niet de raciale lading die het nu heeft.””

Over Karen Franklin, PhD

Karen Franklin, PhD, is forensisch psycholoog en universitair hoofddocent aan Alliant University in San Francisco. Ze verzorgt trainingen in ethiek voor klinische en forensische professionals in de Verenigde Staten en internationaal. Haar gepubliceerde onderzoek – onder meer naar motieven voor haatmisdrijven, groepsverkrachting en ethiek in forensische diagnostiek – leverde haar in 2012 een prijs op voor ‘Distinguished Scientific Achievement in Psychology’. Voortbouwend op haar eerdere carrières als juridisch journalist en rechercheur, is ze een vaste commentator in de media en host ze een prominente blog over forensische psychologie. Meer informatie is te vinden op haar website en op X.

Vorig artikelToen mijn moeder per ongeluk mijn medicijn innam….