JAMA Psychiatry: Aandacht vereist voor schadelijke effecten van psychedelische therapie

    Onderzoekers waarschuwen voor potentiële schade van met psychedelica ondersteunde therapie. De hype gaat sneller dan het bewijs.

    Meisje omgeven door hoge bomen, maar doordat ze vervagen, heeft het iets surrealistisch.

    De afgelopen jaren heeft de media een hype veroorzaakt waarin therapieën ondersteund met ooit gestigmatiseerde hallucinerende middelen worden afgeschilderd als wondermiddelen voor psychiatrische problemen, ondanks het gebrek aan goed onderzoek en het mislukken van klinische proeven. Onderzoekers hebben gewaarschuwd dat deze behandelingen een “aanzienlijk risico vormen voor het publiek.”

    Door Peter Simons – 4 april 2023

    In een nieuw Viewpoint artikel, gepubliceerd in JAMA Psychiatry, stellen Sarah McNamee van de McGill University, Neşe Devenot van het Institute for Research in Sensing van de Universiteit van Cincinnati, en onafhankelijk onderzoeker Meaghan Buisson dat er meer aandacht moet worden besteed aan de mogelijke schade van met psychedelische middelen ondersteunde therapie. De risico’s omvatten verhoogde suïcidaliteit, “paradoxale” reacties op de drugs en misbruik door therapeuten.

    De auteurs wijzen op het ontbreken van een wettelijke basis om toezicht te houden op zowel de drug/het middel als de psychotherapie, wat ertoe zou kunnen leiden dat kwetsbare patiënten die psychedelische hulp zoeken, ongetoetste en mogelijk schadelijke behandelingen ondergaan als deze therapieën in hun huidige vorm gelegaliseerd worden.

    “Het ontbreken van een regelgevende infrastructuur om adequaat toezicht te houden op zowel de drugs- als de psychotherapiecomponent creëert een situatie waarin – indien gelegaliseerd in hun huidige vorm – niet-geëvalueerde en mogelijk schadelijke praktijken zullen worden opgelegd aan kwetsbare patiënten die [met psychedelische middelen ondersteunde therapie] zoeken”, schrijven de onderzoekers.

    Devenot is bestuurslid van Psymposia, een non-profit onderzoeksorganisatie gericht op psychedelica. McNamee en Buisson namen deel aan proeven met psychedelische drugs ondersteunde therapie.

    Bij psychedelische ondersteunde therapie wordt getracht het geestverruimende effect van hallucinogene drugs te combineren met de kracht van psychotherapie. Een van de belangrijkste spelers in deze ruimte is MAPS (de Multidisciplinaire Associatie voor Psychedelische Studies).

    Buisson was een deelnemer aan een klinische MAPS proef met MDMA uit 2015, die tijdens haar sessie op ongepaste wijze aangeraakt werd door haar therapeuten, het echtpaar Richard Yensen en Donna Dryer. Op de video van de vermeende aanranding is te zien hoe ze door beide therapeuten wordt aangeraakt, betast, gekust en tegen zich aangedrukt, en hoe zelfs haar handen en lichaam herhaaldelijk in bedwang worden gehouden, ondanks vele uitingen en gebaren die een gebrek aan toestemming aantonen.

    Buisson werd beschouwd als een “succes” in de klinische proef en probeerde in de daaropvolgende jaren gegevens van de proef te verkrijgen. Ze meldde de mishandeling aan MAPS, die volgens naar buiten gekomen nieuws pas in 2021 de moeite nam de opnamen te bekijken; uiteindelijk gaven ze toe dat het gedrag van de therapeuten niet acceptabel was.

    In een rechtszaak uit 2018 beschrijft Buisson het seksueel misbruik door Yensen. Seks hebben met cliënten is in strijd met de ethische richtlijnen voor verschillende therapeut-licentiegroepen. Het bleek echter dat Yensen in werkelijkheid geen gelicentieerde therapeut was.

    En Buisson is niet de enige die waarschuwt voor het risico van seksueel misbruik van patiënten die onder invloed zijn van geestverruimende middelen. Vorig jaar schreef Erica Rex over haar ervaring en het jaar daarvoor schreef Will Hall over een soortgelijke ervaring.

    Deze verhalen volgen eenzelfde patroon: neem iemand op zijn meest kwetsbare moment en geef diegene hallucinerende drugs die “liefdevolle en vertrouwenwekkende gevoelens” opwekken, of om het in de woorden van het kopstuk van MAPS te zeggen “die patiënten kwetsbaarder maken voor seksuele druk”. Vervolgens raken de therapeuten hun patiënten ongepast aan en overtuigen hen ervan dat dit “therapie” is.

    Volgens het JAMA Psychiatry Viewpoint van McNamee, Devenot en Buisson wordt “zorgzame aanraking” beschouwd als een belangrijk onderdeel van met psychedelische middelen ondersteunde therapie. Maar er zijn geen duidelijke richtlijnen voor welk soort aanraking “aanvaardbaar” is in deze setting.

    “Onderzoekers hebben opgemerkt dat het ontbreken van duidelijke richtlijnen aanvaardbare vormen van aanraking open laat voor interpretatie door therapeuten en cliënten, wat kan leiden tot het schenden van grenzen terwijl cliënten in een veranderende toestand verkeren. Het gebruik van aanraking in psychotherapie is controversieel en onderbelicht, zelfs zonder dat er psychedelica ingezet zijn”, schrijven ze.

    Ze voegen eraan toe dat psychotherapie actieve toestemming vereist. Dus hoe, vragen ze, kan een patiënt toestemmen in aanraking als deze onder invloed is van drugs die – nogmaals, volgens het hoofd van MAPS – liefdevolle, vertrouwenwekkende gevoelens opwekken die “patiënten kwetsbaarder maken voor seksuele druk?”

    Naast de normalisering van aanraking en het gebrek aan grenzen daaromheen, vooral voor kwetsbare mensen onder invloed van bewustzijnsveranderende drugs, zijn er nog andere schadelijke effecten gevonden in de proeven met deze therapieën.

    Volgens McNamee, Devenot en Buisson kunnen psychedelische drugs ons begrip van onszelf en het universum transformeren. De donkere kant van deze kracht is echter dat de drugs het potentieel hebben om ons te destabiliseren en te ontmoedigen, wat kan leiden tot toegenomen leed en suïcidaliteit.

    Ze merken bijvoorbeeld op dat in een recent onderzoek naar psychedelische therapie het risico op suïcidale gedachten en handelingen acht keer zo hoog werd – van ongeveer 1% in de controlegroep tot 8% voor degenen die de hoogste dosis namen. Een ander voorbeeld: in een open-label proef met ketamine voor depressie waaraan 12 deelnemers deelnamen, stierf één deelnemer door suïcide en werd een andere deelnemer in het ziekenhuis opgenomen wegens suïcidaliteit.

    De onderzoekers voegen eraan toe dat in MAPS-proeven mensen die werden beschouwd als “reagerend” op de behandeling, uiteindelijk achteruit gingen, waarbij ook psychose en suïcidaliteit optraden. In een ander onderzoek “herstelde” een deelnemer van een depressie, maar kreeg in plaats daarvan ernstige angst.

    “Deze paradoxale reacties suggereren dat nieuwe symptomen kunnen ontsnappen aan korte follow-up vensters en stoornis-specifieke uitkomstmetingen en dat decompensatie optreedt zelfs bij behandelingsrespondenten”, schrijven ze.

    Uiteindelijk stellen McNamee, Devenot en Buisson dat het veld de stemmen van degenen die schade hebben ondervonden moet meenemen – te beginnen met de vaak toegegeven erkenning dat deze drugs en de bijbehorende psychotherapie zelfs schade kunnen veroorzaken – en de risico’s en voordelen van deze ervaringen beter moet evalueren. Ze stellen voor dat onafhankelijke onderzoekers – niet werknemers van farmaceutische bedrijven of promotors van psychedelische medicijnen – bij elke stap van het onderzoek betrokken moeten worden.

    Zoals het er nu voor staat, ontbreken in de onderzoeksliteratuur vitale aspecten van de risico’s van deze drugs, waardoor het moeilijk is om te beoordelen of psychedelische ondersteunde therapie nuttig is en in welke situaties.

    “Om ethisch en veilig verder te gaan,” schrijven ze, “moet het veld onderzoekers zonder persoonlijke of financiële banden met psychedelische geneeskunde uitnodigen om met terugwerkende kracht het tot nu toe verrichte werk te beoordelen, fenomenologisch onderzoek te doen om [significante bijwerkingen] en schade beter te begrijpen, en te integreren in onderzoeksteams die klinische proeven uitvoeren. Onderzoekers en voorstanders van [psychedelische ondersteunde therapie] moeten zich bezighouden met ethische en methodologische problematiek rond risico’s, leed, psychotherapie, geïnformeerde toestemming, suggestibiliteit, blindering en verwachtingseffecten, die allemaal de bruikbaarheid van gegevens over veiligheid en werkzaamheid beperken.”

    ***Gepubliceerd op Mad in America, 4 april 2023***

    McNamee, S., Devenot, N., & Buisson, M. (2023). Bestudering van schadelijkheid is sleutel tot verbetering van Psychedelic-Assisted Therapy – Deelnemers roepen op tot veranderingen in onderzoekslandschap. JAMA Psychiatry. Gepubliceerd online 29 maart 2023. doi:10.1001/jamapsychiatry.2023.0099 (Link).

    Vorig artikelOndersteuning nodig voor mensen die antidepressiva afbouwen volgens groot internationaal onderzoek
    Volgend artikelHoe je hechtingsstijl jouw emotieregulatie en relaties beïnvloedt