Door Philip Hickey – 27 januari 2022
Dr. Morehead schreef een stuk waarin hij de critici van de psychiatrie veroordeelde. Dr. Aftab riep op tot matiging. Dit klinkt positief en verzoenend. Hoewel Aftab wegblijft van onverbloemde provocaties zoals die in Dr. Morehead’s stuk, houdt hij gelijktijdig vast aan een beeld van de psychiatrie dat, volgens de schrijver van dit blog, afwijkt van de werkelijkheid. Een uiteenzetting door psycholoog Philip Hickey.
Aanleiding
Op 6 januari 2022 publiceerde Awais Aftab, MD, psychiater en klinisch professor aan Case Western, een stuk in Psychiatric Times. De titel is “It’s Time for Us to Stop Being So Defensive About Criticisms of Psychiatry“.
Dr. Aftab’s artikel is in wezen een antwoord op een ander artikel, dat ook in Psychiatric Times verscheen. Dit laatste artikel is getiteld “It’s Time For Us To Stop Waffling About Psychiatry“, van Daniel Morehead, MD, directeur van de opleiding voor de algemene psychiatrie residentie in Tufts. Dr. Morehead erkent de genereuze hulp die hij kreeg van Ronald Pies, MD, bij het schrijven van het artikel.
De kern van het stuk is alsvolgt: Dr. Morehead schreef een stuk waarin hij de critici van de psychiatrie veroordeelde. Dr. Aftab antwoordde door een meer gematigde aanpak voor te stellen, en de mening uit te spreken dat “…we de relatie van de psychiatrie met kritiek op een productievere manier moeten herconceptualiseren”.
Dr. Aftab’s oproep tot matiging klinkt positief en verzoenend. Hij vermijdt zonder meer de onverbloemde provocaties van Dr. Morehead’s stuk. Tegelijkertijd houdt hij vast aan een beeld van de psychiatrie dat, mijns inziens, niet overeenkomt met de theoretische en praktische werkelijkheid die ten grondslag ligt aan de moderne psychiatrie. Een psychiatrie met een overvloed aan diepgaande missers en voortdurende fouten.
Laten we eens nader onderzoeken
Hier volgen enkele citaten uit Dr. Aftab’s artikel, afgewisseld met mijn observaties en meningen.
«Dr. Morehead en ik zijn het over veel dingen eens: de fundamentele legitimiteit van de psychiatrie als tak van de geneeskunde; de essentiële rol die de psychiatrie moet spelen bij de behandeling van geestelijke gezondheidsproblemen; dat een verdediging van de psychiatrie tegen onbehoorlijke en misplaatste kritiek gerechtvaardigd is; en dat de waarde van de psychiatrie moet worden overgebracht aan wetgevers, verzekeraars en het grote publiek.»
Dr. Aftab’s stellingen in dit citaat zijn in wezen ongefundeerd – en waarschijnlijk niet te bewijzen – clichés. Hij verwoordt blijkbaar enkele van zijn eigen kernovertuigingen over deze zaken.
Zo beweert hij bijvoorbeeld “de fundamentele legitimiteit van de psychiatrie als tak van de geneeskunde”. Als hij met deze uitspraak bedoelt dat de verschillende psychiatriescholen de juiste staatsbevoegdheden hebben gekregen en de verschillende inspecties op kwaliteit van onderwijs en dergelijke hebben doorstaan, dan heeft hij natuurlijk gelijk. Maar dat is niet wat critici in gedachten hebben als ze de psychiatrie op dit punt aanvechten. Wat hier op het spel staat is niet het met succes voldoen aan allerlei bureaucratische verwachtingen, maar veeleer de vraag of het onderwerp van de psychiatrie voldoende tastbaar, samenhangend en gegrond is om een betrouwbaar definieerbaar en onderwijsbaar gedachtegoed te vormen. En is dit gedachtegoed aantoonbaar werkzaam bij de verbetering van echte ziekten?
Hij noemt ook “de essentiële rol die de psychiatrie moet spelen bij de behandeling van geestelijke gezondheidsproblemen”. Wat hier in het bijzonder interessant is, is dat Dr. Aftab zich blijkbaar niet eens een wereld zonder psychiatrie kan voorstellen (de essentiële rol die de psychiatrie moet spelen) en totaal niet onder de indruk lijkt te zijn van het feit dat veel van de critici van de psychiatrie dat wel kunnen.
Dr. Aftab stelt ook dat “een verdediging van de psychiatrie gerechtvaardigd is tegen onbehoorlijke en misplaatste kritiek”. Deze bewering is een tautologie ( het benadrukt een woord met ander woord dat nagenoeg dezelfde betekenis heeft). De bijvoeglijke naamwoorden “onbehoorlijk” en “misplaatst” werpen beiden de gedachte op dat de kritiek wel moet worden aangevochten.
Dus blijft over het idee dat “de waarde van de psychiatrie moet worden overgebracht aan wetgevers, verzekeraars en het grote publiek”. Dit roept natuurlijk de vraag op, waarom? Als de psychiatrie echt waardevol zou zijn, zouden deze mensen zich daar dan niet van bewust zijn en zou het dan geen tijdverspilling zijn om hen op de genoemde manier te benaderen? Daarbij, als wetgevers, verzekeraars en het grote publiek niet overtuigd zijn van de waarde van de psychiatrie, veronderstelt dit dan niet dat de psychiatrie een aantal diepgewortelde problemen heeft? Er zijn immers geen andere medische beroepen (en met betrekking tot de psychiatrie gebruik ik de term losjes) waar wetgevers, verzekeraars en het grote publiek dit soort twijfels bij hebben, althans niet voor zover ik weet.
«Psychiatrie is een beroep met een rijke intellectuele geschiedenis…»
Tot deze geschiedenis behoort ook het Bethlehem-ziekenhuis in Londen, waar stadsbewoners werden aangemoedigd de inrichting te bezoeken voor de prijs van een paar pence. Zij konden zich daar laten “vermaken” door de gekkigheden van de “krankzinnigen” die er onder erbarmelijke omstandigheden waren ondergebracht. Andere “behandelingen” die gebruikt zijn in de “rijke intellectuele geschiedenis” van de psychiatrie zijn: koortstherapie, inclusief malariatherapie; insuline coma therapie; de kalmeerstoel; de Utica krib; lobotomie; diepe slaap therapie; rotatietherapie; hydrotherapie, inclusief ijsbaden; mesmerisme; chemisch opgewekte toevallen; elektrische schokken onder hoogspanning op de hersenen, etcetera.
«… dat exemplarisch is voor een deel van het beste van wat de geneeskunde te bieden heeft.»
Hierop kan ik alleen maar mijn hoofd schudden en me afvragen waar in de wereld Dr. Aftab zijn tijd heeft doorgebracht.
Is Dr. Aftab zich er niet van bewust dat, in tegenstelling tot echte medische specialisten die door jarenlange studie nauwgezet hun ziekten van nature ontdekken, de psychiatrie deze vermoeiende formaliteit achterwege laat en ze eenvoudigweg verzint om aan de mode van het moment te voldoen? Alles wat ervoor nodig is, is een stemming van het DSM-comité van de APA. Alsof de mens ook maar enig belang heeft bij meerderheidsbesluiten. En trouwens, ik ken geen enkele psychiatrische ontdekking die kan wedijveren met de pokkenvaccinatie, de ontdekking van penicilline, of de succesvolle transplantatie van een nier of lever.
«Er zijn begrijpelijke redenen waarom de psychiatrie veel meer onder de loep genomen wordt dan andere medische specialismen. Ze oefent bijvoorbeeld sociale controle uit over het leven van de mensen die ze onder haar hoede heeft in een mate die geen enkel ander specialisme uitoefent; ze is onderhevig aan meer meningsverschillen over waarden; ze moet werken vanuit meerdere disciplines en perspectieven die moeilijk te integreren zijn; ze heeft een tumultueuze historische erfenis; de stand van de wetenschappelijke ontwikkeling is nog betrekkelijk onontwikkeld; en ze houdt zich bezig met aandoeningen die gestigmatiseerd zijn en slecht begrepen worden, enz.»
Laten we deze alinea opdelen en openen met:
«Zij [psychiatrie] …oefent sociale controle uit over het leven van de personen die onder haar zorg vallen in een mate die door geen enkele andere specialiteit wordt uitgeoefend;»
Dit is inderdaad waar. Hoorzittingen voor burgerlijke opnamen in psychiatrische ziekenhuizen zijn grotendeels formaliteiten met een rubberstempel, die soms in het “ziekenhuis” zelf worden gehouden. “Patiënten” krijgen een advocaat toegewezen die ze meestal slechts een paar minuten voor de hoorzitting ontmoeten. Veel patiënten stemmen ermee in zich vrijwillig aan te melden omdat de kans dat ze in de juridische arena zullen zegevieren minuscuul is. Maar in veel rechtsgebieden kunnen ze, eenmaal opgenomen, hun vrijwillige instemming niet meer herroepen. Ze kunnen alleen worden vrijgelaten als en wanneer de ziekenhuisautoriteiten hen geschikt verklaren om vrijgelaten te worden. De juridische procedure is een farce. Maar wat hier vooral belangrijk is, is dat de psychiatrie nooit gedwongen werd om deze rol op zich te nemen. Veeleer omarmde ze die bereidwillig en beschouwde ze die als een integraal deel van het beheer van de instellingen, behorende bij de psychiatrische “behandeling”.
«…het [de psychiatrie] heeft een tumultueuze historische erfenis;»
Ik zou zeggen dat de historische erfenis van de psychiatrie niet bepaald tumultueus is geweest. Ik zou haar omschrijven als wreed, ongewoon en bedoeld om de geest van mensen te breken. De oude gestichten waren niet veel meer dan martelkamers waarin het welzijn van de “patiënten” vaak ondergeschikt was aan de ambities, grillen en vooroordelen van hun bewaarders. Afgezien van de instellingen die een morele behandelingsfilosofie en -praktijk omarmden, konden de gestichten weinig aanspraak maken op werkzaamheid of zelfs maar voor de meest elementaire eerbied van mensenrechten.
«…en de psychiatrie houdt zich bezig met aandoeningen die gestigmatiseerd zijn en slecht begrepen worden, enz.»
Deze bewering is moeilijk te rijmen met de gloedvolle zelfpromotie die men aantreft op websites van vooraanstaande psychiatrische instellingen en andere pro-psychiatrie groepen. Die wekken de indruk dat de diepere oorzaken van “geestesziekten” goed begrepen worden. En dat elk stigma dat met deze “ziekten” verbonden is, een gevolg is van de roekeloze beweringen van de anti-psychiatrie beweging. Deze notie wordt hard gepusht in de context van de “rijke intellectuele geschiedenis” van de psychiatrie. Toch wijst het bewijs er al lang op dat het de gretige promotie van geestesziekten als neuro-chemische onevenwichtigheden is, die de belangrijkste bron van stigma was. [Angermeyer, MC, et al (2018); Lee, AA, et al (2013); Read J, et al 2006; Deacon, BJ (2013)]
«Deze en andere factoren zorgen ervoor dat de psychiatrie in de schijnwerpers zal staan (net zoals we kunnen verwachten dat de politie bijna altijd meer onder de loep genomen zal worden dan de posterijen). Deze extra kritieken kruisen met wanorde binnen het eigen huis van de psychiatrie, waardoor critici overvloedig brandbaar materiaal krijgen om mee te werken. Zelfs problemen die in de hele geneeskunde alomtegenwoordig zijn – zoals de invloed van de industrie en de corruptie van evidence-based geneeskunde – worden dankzij de extra controle in de context van de psychiatrie duidelijker. Er zijn ook te veel ‘ongelukkige cliënten’ als het over de psychiatrie gaat, zogezegd: ontvangers van psychiatrische zorg die getraumatiseerd, ontgoocheld, zelfs verwoest achterbleven door hun ervaringen. Er is een tendens binnen de beroepsgroep om zulke personen niet serieus te nemen, althans niet zonder daartoe gedwongen te worden.»
Dus, vertelt Dr. Aftab ons, is er “wanorde” binnen de psychiatrie, wat critici veel “brandbaar materiaal geeft om mee te werken”. Dit is mooie beeldspraak, natuurlijk, maar teruggebracht tot gewoon proza betekent het eenvoudig dat er binnen de psychiatrische praktijk problemen zijn die critici ruimschoots gelegenheid en legitieme stimulans geven om kritiek te leveren. Als er “wanorde” is in een medisch beroep, dan is het terecht dat die wordt opgespoord en gecorrigeerd. Maar de beeldspraak van Dr. Aftab schuift de schuld hiervoor subtiel af op de critici, die worden afgeschilderd als ondeugende zoekers naar “brandbaar materiaal om mee te werken”.
Het is een vrij gewone ervaring in de maatschappij dat bij individuen die hun eigen daden niet opruimen, er vroeg of laat iemand langskomt die ze voor hen opruimt. En dit is precies wat er met de psychiatrie gebeurt. Decennia lang hebben ze zich ingegraven in bedrieglijke wetenschap en corruptie, en hebben ze hun klanten schaamteloos voorgelogen over de aard van hun problemen, en de werkzaamheid van de behandelingen. Er waren, en zijn nog steeds, incidentele tegenstemmers, maar de meerderheid van de psychiaters ging mee in het ziekte-bedrog, de routinematige 15-minuten-med-controles, en de pil-voor-iedere-ziekte die gezamenlijk de gevestigde psychiatrische praktijk gingen vormen. En nu roept de anti-psychiatrie beweging ze uit, eist bewijzen van werkzaamheid, legt belangenconflicten bloot, onthult de slechte effecten van de psychiatrische behandelingen, enz. Dit zijn dingen die gezegd moeten worden, en herhaaldelijk en overtuigend, maar toch vergelijkt Dr. Aftab ons met brandstichters die makkelijke doelwitten zoeken.
«Er zijn ook te veel ‘ongelukkige cliënten’ als het om de psychiatrie gaat, zogezegd: ontvangers van psychiatrische zorg die getraumatiseerd, ontgoocheld, zelfs verwoest achterbleven door hun ervaringen. Er is [een] tendens binnen de beroepsgroep om zulke personen niet serieus te nemen, althans niet zonder daartoe gedwongen te worden.»
En dit komt van een psychiater die eerder ondubbelzinnig “de fundamentele legitimiteit van de psychiatrie als tak van de geneeskunde” bevestigde; “de essentiële rol die de psychiatrie te spelen heeft in de behandeling van geestelijke gezondheidsproblemen”; dat de psychiatrie zich “moet verdedigen tegen onbehoorlijke en misplaatste kritiek”; “dat de waarde van de psychiatrie moet worden overgebracht aan wetgevers, verzekeraars en het grote publiek”; en dat “de psychiatrie een beroep is met een rijke intellectuele geschiedenis dat een voorbeeld is van het beste van wat de geneeskunde te bieden heeft”.
Maar nou erkent híj dat de psychiatrie teveel “ongelukkige klanten” heeft. En hij benoemt ze als: “ontvangers van psychiatrische zorg die door hun ervaringen getraumatiseerd, ontgoocheld, zelfs verwoest achterbleven”. Feit is dat de psychiatrie verantwoordelijk gehouden moet worden voor de ongelukkige cliënten die door hun ervaringen getraumatiseerd, ontgoocheld en verwoest zijn achtergebleven. En als de leiders van de psychiatrie niet bereid of voorbereid zijn om de schuldigen ter verantwoording te roepen, kan iemand het de anti-psychiatriebeweging dan kwalijk nemen dat ze in deze bres springt? Het is ook de moeite waard te vragen wat psychiaters precies doen met dat ze “te veel” van hun klanten getraumatiseerd, ontgoocheld en verwoest achterlaten door hun ervaringen?
En dan:
«Er is [een] tendens binnen de beroepsgroep geweest om zulke personen niet serieus te nemen, althans niet zonder daartoe gedwongen te worden.»
Er zijn inderdaad “begrijpelijke redenen waarom de psychiatrie veel meer onder de loep genomen wordt dan andere medische specialismen”. Die redenen zijn: omdat ze hun patiënten systematisch voorliegen over het ontstaan en de oorzaken van hun narigheid. Omdat ze gevaarlijke medicijnen en schokken toedienen zonder uit te leggen wat de kans op schade en zelfs de dood is. Omdat ze bij hun cliënten stelselmatig een gevoel van afhankelijkheid, machteloosheid en onwaardigheid opwekken. En omdat ze de neiging hebben deze personen niet serieus te nemen tenzij, of totdat, ze daartoe gedwongen worden.
«De psychiatrie is kwetsbaar geweest voor diagnostische grillen. Het beroep heeft zich laten uitbuiten door farmaceutische bedrijven. Psychiatrische theorieën zijn kwetsbaar geweest voor ‘single-message mythologies’ en ijverig reductionisme. Haar leiders hebben de structurele aspecten van gezondheid verwaarloosd. De toestand van de wetenschap is wat ze is; we kunnen omstandigheden scheppen die bevorderlijk zijn voor wetenschappelijk onderzoek, maar ontdekkingen en doorbraken kunnen niet overhaast of geforceerd worden. Hoewel het erkennen van de toestand van de psychiatrische wetenschap zou moeten leiden tot een houding van nederigheid, hebben veel psychiaters in posities van macht en invloed vaak grandioze beweringen gedaan – en soms een verbluffende arrogantie aan de dag gelegd.»
In de bovenstaande alinea beweert Dr. Aftab dat de psychiatrie zich “heeft laten uitbuiten door farmaceutische bedrijven”. Dus we hebben deze hoog opgeleide artsen (10 jaar universitaire opleiding) die “uitgebuit” worden door …wie? Goedgeklede verkopers die gratis monsters meebrengen? Farmaceutische advertenties? Gelikte presentaties? Betalingen voor het pushen van medicijnpresentaties aan collega’s? En deze hoogopgeleide artsen trappen zomaar in deze smakeloze mooipraterij. Arme schapen! Zijn ze gewoon naïef geboren of wordt er aan stagiairs in de psychiatrie een of andere nepenthe uitgedeeld waardoor ze de grondbeginselen van de wetenschap vergeten, en gedachteloos het zelfbevredigende gezwam slikken dat in de psychiatrie-opleidingen als voor wetenschappelijk doorgaat?
Psychiaters hebben zich niet laten uítbuiten door de farma; ze hebben ze actief en bereidwillig een hand toegestoken. De Big Pharma omarmd met oog op hun eigen doeleinden. Dit gebeurt al tientallen jaren op academisch niveau en in de praktijk. Dit als uitbuiting karakteriseren is behoorlijk de plank misslaan.
«…maar ontdekkingen en doorbraken kunnen niet overhaast of geforceerd worden.»
Toch is dat precies wat de psychiatrie gedaan heeft met de chemische onevenwichtigheidstheorie, die beweert dat depressie niet veroorzaakt wordt door ongunstige gebeurtenissen of blijvende ongunstige omstandigheden, maar door neurochemische onevenwichtigheden. Deze valse opvatting wordt al tientallen jaren door de psychiatrie gepropageerd. Het wordt versterkt door de oorzaak-neutraliteitsverklaringen in opeenvolgende DSM-edities. Dit heeft wereldwijd miljoenen mensen, die dat anders niet gedaan zouden hebben, ertoe gebracht psychiatrische medicijnen te nemen . En velen van hen zijn er door aan verslaafd gemaakt.
«Hoewel het erkennen van de stand van de psychiatrische wetenschap zou moeten leiden tot een houding van nederigheid, hebben veel psychiaters in posities van macht en invloed vaak grandioze beweringen gedaan – en soms een verbluffende arrogantie aan de dag gelegd.»
Ik zou zeggen dat een ruime meerderheid van de psychiaters in deze laatste groep valt. In mijn ervaring zijn grootheidswaanzin, arrogantie en zelfingenomen verzinsels zo’n beetje de norm in psychiatrische kringen.
«Dit wil niet zeggen dat de psychiatrie geen oneerlijke kritiek te verduren krijgt. Er heerst een welig tierende vijandigheid, verkeerde informatie, misplaatste argumenten, enz, goed geïllustreerd door Scientology, Szasz, en andere actievoerders. Het is goed om op je hoede te zijn voor hen en er tegen terug te slaan, maar tegelijk zijn veel psychiaters te trigger-happy geweest met beschuldigingen van ‘antipsychiatrie’ en hebben ze allerlei critici over één kam geschoren.»
Dr. Aftab vertelt ons dus “Er heersen welig tierende vijandigheid, verkeerde informatie, misplaatste argumenten, enz, goed geïllustreerd door Scientology, Szasz, en andere actievoerders.” Het lijkt me dat de verschillende gebreken in de psychiatrische theorie en praktijk, die Dr. Aftab zelf heeft toegegeven, een ruime mate van “al dan niet welig tierende vijandigheid” rechtvaardigen. Of Scientology, Thomas Szasz, en andere betrokkenen ook “verkeerde informatie, misplaatste argumenten, enz.” propageren, hangt af van iemands perspectief. Ik zou antwoorden dat iemand die de “fundamentele legitimiteit van de psychiatrie als tak van de geneeskunde” beschouwt en de notie propageert dat de psychiatrie “een beroep met een rijke intellectuele geschiedenis” is, terwijl hij tegelijk en in hetzelfde artikel erkent dat veel psychiaters in posities van macht en invloed “vaak grandioze beweringen hebben gedaan – en soms verbluffende arrogantie aan de dag hebben gelegd”, en dat “ontvangers van psychiatrische zorg vaak getraumatiseerd, ontgoocheld, zelfs verwoest achterbleven door hun ervaring” niet helemaal consequent is. Dr. Aftab beschrijft terecht een werkelijk vreselijke toestand, maar hekelt bepaalde geselecteerde leden van de anti-psychiatrie beweging omdat hun vijandigheid tegenover de psychiatrie “welig tiert” en dat hun beweringen volgens Dr. Aftab “verkeerde informatie” en “misplaatste argumenten” vormen.
Misschien kunnen we, als hij precies uiteenzet welke argumenten van Scientology, Thomas Szasz, en de niet nader genoemde “andere spelers”, misinformatie vormen, ons eigen oordeel vormen over wie er misleid of verkeerd geïnformeerd is. Of suggereert Dr. Aftab dat we deze netelige vragen maar aan hem moeten overlaten om te beoordelen en de uitkomsten van zijn superieure kennis en wijsheid aan de rest van ons moeten doorgeven?
Merk overigens op dat Dr. Aftab de zinsnede “beschuldigingen van ‘antipsychiatrie'” gebruikt alsof antipsychiatrie zijn een soort misdaad is, en dat alleen door Dr. Aftab goedgekeurde kritieken echte geldigheid hebben. Is dit een voorbeeld van de “verbluffende arrogantie” die hij eerder toeschreef aan “veel psychiaters in posities van macht en invloed”?
«Zoals ik al zei, op grond van de sociale rol die de psychiatrie momenteel inneemt, is excessieve kritische beschouwing onvermijdelijk.»
Let op de impliciete bewering dat de kritiek onvermijdelijk en buitensporig is, en voortkomt uit de “sociale rol” van de psychiatrie. In antwoord op deze bewering van Dr. Aftab stel ik dat op grond van de quasi-wetshandhaving die de psychiatrie gewillig omarmd heeft en nog steeds omarmt, en op grond van de schade die hun klanten in deze en andere contexten wordt berokkend, een hoge mate van kritisch onderzoek, en inderdaad veroordeling, niet alleen onvermijdelijk, maar ook gerechtvaardigd is.
«Morehead verwijst naar het artikel uit 2012 van Phillips et al over conceptuele en definitie-vraagstukken bij psychiatrische diagnoses. Dit artikel belicht enkele van de meest prominente namen in de filosofie van de psychiatrie en onthult de filosofische moeilijkheden die het begrip geestesziekte omgeven en de ongrijpbaarheid van een bevredigende definitie. Dit onderwerp interesseert me al vele jaren, en mijn eigen filosofische werk op dit gebied weerspiegelt de conceptuele tekortkomingen in onze notie van geestesziekte.»
Dit is het kernpunt in het hele debat. Mijn standpunt is dat de definitie van “geestesziekte” helemaal niet ongrijpbaar is, en dat alle conceptuele tekortkomingen die bestaan in “onze notie van geestesziekte” opzettelijke verduisteringen zijn door psychiaters.
. . . . . . . . . . . . . . . .
Ik moet ook terloops opmerken dat, hoewel ik het met veel van Dr. Aftab’s artikel niet eens ben, het toch een moedig stuk schrijfwerk is. Hij stelt veel van de tegenstrijdigheden en fouten van de psychiatrie aan de kaak. Daarom is de belangrijkste vraag die bij me opkomt, waarom hij niet van specialisme verandert naar iets dat waardevoller en nuttig is. Laat de onzinnige tirades vanuit de psychiatrie over aan haar onzinnige stemmingmakers die de psychiatrie goedpraten. Aan hen is er geen gebrek.
. . . . . . . . . . . . . . . .
Mad in America presenteert blogs van een diverse groep schrijvers. Deze berichten zijn bedoeld als een openbaar forum voor discussie over de psychiatrie en haar behandelingen. De geuite meningen zijn die van de schrijvers zelf.
In deel 2 van deze reeks onderbouwt Philip Hickey zijn standpunt dat de definitie van “geestesziekte” helemaal niet ongrijpbaar is. Hij neemt de diagnose “Depressie” hierbij ter illustratie.
***Gepubliceerd op Mad in America, 27 januari 2022. Vertaald door MitN***