Dat diabetes (suikerziekte) net als depressie is, wordt vaak als argument aangevoerd om medicatie voor te schrijven aan mensen in psychische nood. Deze blog maakt met steekhoudende argumenten korte metten met deze vergelijking.
Nederlandse samenvatting van: Please Stop Saying Depression Is Like Diabetes door Megan Wildhood – 12 maart 2020
De ‘depressie is als suikerziekte-tactiek’
Heb je de ‘depressie is als suikerziekte-tactiek’ wel eens gehoord? Ik heb er moeite mee om te begrijpen hoe dit positief bijdraagt aan mensen in emotionele en mentale nood.
Dat depressie en diabetes verschillen blijkt al uit ons taalgebruik. Mensen zullen zelden vragen: “Waarom heb je diabetes?”, maar vragen wel voortdurend: “Waarom heb je depressie?”.
Het is tegenwoordig moeilijk om een verkeerde diagnose te stellen bij diabetes. Artsen kunnen twisten over wanneer iemand de grens van “prediabetes” naar “diabetes” heeft overschreden, maar er bestaat geen discussie over de definitie van diabetes. Als je diabetes type 1 hebt, betekent dit dat je alvleesklier geen insuline kan aanmaken, het hormoon dat helpt suiker naar je cellen te geleiden voor energie. Zonder insuline blijft de suiker in je bloedbaan en veroorzaakt allerlei problemen. Diabetes type 2 wordt gekenmerkt door een gebrek aan insuline. Voor depressie zijn de indicatoren veel onduidelijker. Aanhoudend verdriet, geen plezier meer beleven aan activiteiten die u vroeger leuk vond, slaapproblemen hebben, verandering van eetpatroon ondervinden, terugtrekken in sociale contacten en moeite hebben met concentreren, zou het gevolg kunnen zijn van scheiding, het verwerken van het doormaken van een ernstige ziekte, het verlies van je partner, druk, afwijzing et cetera. Daarbij is de reactie op psychiatrische medicatie wisselend.
Depressie wordt niet gekenmerkt door een gebrek aan antidepressiva. Er zijn zoveel mensen zijn die zich niet beter voelen en nog veel meer mensen die zich juist slechter voelen als ze antidepressiva slikken. Dus ook op die manier is depressie niet te vergelijken met diabetes. Artsen hoeven geen verschillende soorten insuline te proberen om type 1 diabetes te behandelen. Psychiaters hebben daarentegen op de een of andere manier het constant aanpassen van doseringen, combinaties en merken van psychiatrische medicijnen gelegitimeerd als een normaal onderdeel van de behandeling. En ondertussen uiten ze ongestraft het “pleidooi” dat depressie gelijkstelt aan diabetes.
Misschien zijn machthebbers, door te proberen geestelijke en lichamelijke ziekten gelijk te stellen, meer geneigd om de uitbreiding van geestelijke gezondheidszorg te financieren. Het zou toch barbaars zijn om mensen de toegang tot medische zorg te ontzeggen? Ieder weldenkend mens zal het er zeker mee eens zijn dat het onthouden van insuline aan een diabeet, hetzij door te hoge prijzen, hetzij simpelweg door onvoldoende toegang, wreed is. Maar wat als de “dienst” zelf wreed is? Wat als de behandeling bestaat uit gedwongen medicatie of onvrijwillige opname, blootstelling aan stigmatiserende oordelen van “professionals” die hun beeld van de mensheid hebben teruggebracht tot “normaal” en “abnormaal”. Wat als hun rol als “helper” door hokjesdenken gereduceerd is tot behandelen van symptomen. Dan vergeet men rekening te houden met de omgeving en geeft men op subtiele wijze het slachtoffer de schuld van diens toestand.
“Diabetes is net als depressie’ is niets anders dan een bevestiging van het biomedische model in een vriendelijk jasje, wat het des te verraderlijker maakt. Het brengt ons het idee van “gebroken hersenen”. Als iemands alvleesklier kan stoppen met het produceren van insuline of misschien wel nooit insuline heeft geproduceerd omdat de bètacellen dood zijn of niet goed functioneren, maar we weten niet waarom, dan zou de uitspraak “depressie is als diabetes” kunnen impliceren dat we niet weten waarom de hersenen niet meer werken (d.w.z. waarom er chemische onevenwichtigheden optreden). En dat is nu juist de reden waarom we het biomedische model moeten verwerpen. Het vraagt ons om a) te accepteren dat chemische onevenwichtigheden “geestesziekten” veroorzaken en b) te accepteren dat we niet weten waarom die onevenwichtigheden optreden. Alsof dát een aanvaardbare verklaring is voor geestelijke en emotionele nood. We gaan dan voorbij aan het falen van de omgeving als oorzaak van depressie: trauma, misbruik, verwaarlozing en dergelijke – precies waar het Power Threat Meaning raamwerk op wijst.
Depressie is niet zoals diabetes, want als dat zo was, zou iemand de politie bellen wanneer iemands bloedsuiker daalt als deze geen insuline neemt. Zou het medische systeem mensen die opzettelijk weigeren “hun” insuline in te nemen onvrijwillig opsluiten? Zouden ze die weigering bestempelen als een “symptoom” van hun ziekte en hen zo het recht op echte vrije zelfbeschikking ontzeggen? Bij diabetes zou een dwingende behandeling misschien echt helpen. Als de maatschappelijke normen en angsten artsen de mogelijkheid zouden geven om hun patiënten met diabetes type 2 te dwingen hun levensstijl te veranderen, zouden we de aandoening misschien volledig kunnen uitroeien. Artsen hebben wel de mogelijkheid om “behandeling” af te dwingen bij mensen met geestelijke gezondheidsproblemen, terwijl vrij duidelijk is dat onvrijwillige opname de dingen erger maakt.
Bij diabetes is er een concrete, meetbare reden waarom elke persoon met niet-gediagnosticeerde en dus onbehandelde diabetes type 2 nog steeds een hongergevoel heeft na het eten: een gebrek aan insuline. Dit is altijd de reden en leidt direct naar de oplossing. Dat kan van depressie niet gezegd worden. Wat is de “juiste” ingang voor iemand met een depressie? Er is geen exacte combinatie van stoffen, handelingen of gedragingen gevonden. Dit wil helemaal niet zeggen dat er geen oorzaken van depressie zijn. Terugkomend op de vraag “waarom heb je depressie?” is daar onbewust het terechte punt gemaakt dat er altijd redenen voor iets zijn. Al lijkt het soms van niet omdat het behandelingssysteem (psychiatrie en in toenemende mate psychologie) weigert om ergens anders naar te kijken dan naar één bepaald mechanisme in de hersenen van één bepaalde persoon, zonder rekening te houden met veel andere zaken. Als je dat verhaal maar vaak genoeg hoort – als je niet mag kijken naar je gezin van herkomst, je kindertijd, je dieet, de economische realiteit van je land, de manieren waarop je onderdrukking ervaart, waar je energetisch, sociaal, lichamelijk, chemisch enzovoort aan wordt blootgesteld – dan kun je het inderdaad moeilijk krijgen om vast te stellen waarom jij depressieve gevoelens hebt.
Wanneer iemand met een type 1 diabeet insuline krijgt, is deze hierdoor in staat om de energie vanuit hun voedsel in hun cellen te krijgen. Zo ontstaat het gevoel van volheid. Er is een aanwijsbaar mechanisme waardoor we weten en zien dat insuline werkt. Op het gebied van psychische nood is het blijkbaar op de een of andere manier acceptabel dat psychiaters over de hele wereld herhalen: “We weten niet precies welke medicatie of combinatie van medicatie zal helpen, omdat elk individu anders is.”, terwijl de ernstigste bijwerkingen gemeld worden.
Misschien is de enige overeenkomst tussen depressie en diabetes dat noch depressie noch diabetes type 2 chronisch hoeven te zijn, maar dat de respectievelijke reguliere behandelingssystemen ons nog steeds vaak doen geloven dat ze chronisch zijn. Professionals zijn nog steeds opgeleid om mensen te helpen om hun depressie of type 2 diabetes te “beheersen” in plaats van ze om te keren of te overwinnen. Met het verschil dat de populariteit om een mens de status van een chronische diabetesaandoening te geven, in de medische wereld veel sneller afneemt dan in de psychiatrie.
***Vertaalde samenvatting door MitN***
Mad in America presenteert blogs van een diverse groep schrijvers. Deze berichten zijn bedoeld als een openbaar forum voor discussie over de psychiatrie en haar behandelingen. De geuite meningen zijn die van de schrijvers zelf.