Op 11 september 2024 werd het artikel ‘Sandra stopte plots met antidepressiva en heeft daar tien jaar later nog last van: “Ik ben in de hel beland”’ over Sandra Kouwenhoven in het AD gepubliceerd. Omdat haar hele verhaal te lang is voor één krantenartikel, heeft zij dit ter publicatie aan Mad in the Netherlands aangeboden. Wij hebben dit dankbaar aanvaard om zo meer aandacht te geven aan de zin van een langzame afbouw van psychofarmaca, de beschikbaarheid van betaalbare afbouwmedicatie en het bestaan van jarenlange aanhoudende ontwenning.
Door Sandra Kouwenhoven – 16 september 2024
Toen ik 18 jaar was, ging ik naar een psycholoog omdat ik vastliep op een aantal terreinen. Tijdens de – achteraf niet passende – behandeling voelde ik me slechter en zij raadde mij toen antidepressiva aan. De eerste keer dat ik de huisarts hierom vroeg, kreeg ik ze nog niet, maar toen ik er een paar maanden later nog eens om vroeg, zei hij dat er een nieuwe soort was, de SSRI’s, die weinig bijwerkingen gaven, en dat hij die dus wel aan een jongere kon voorschrijven. Hij kon destijds (1996) niet beter weten. Ik kreeg paroxetine. Dit was het begin van een lange geschiedenis met psychofarmaca – die inmiddels 29 jaar beschrijft – waarin er zoveel nare dingen zijn gebeurd dat ik hier een heel boek over aan het schrijven ben. Het gaat te ver om dat hier allemaal mee te nemen. Daarom richt ik me in dit artikel met name op de ontwenning ervan.
Na verschillende stoppogingen van de paroxetine die mislukten door ontwenningsverschijnselen – waarvan de eerste keer (1997) het bestaan nog niet eens bekend was – kreeg ik na een medicatiewisseling slaapproblemen en ben ik slaapmiddelen gaan gebruiken (lormetazepam), eerst incidenteel maar later dagelijks. Ik wisselde tussen een half en een heel tablet en dacht dat ik er niet verslaafd aan zou raken als ik er maar zo weinig van nam, want in de bijsluiter stond dat dit alleen voorkwam bij hoge doseringen. Het werd me ook heel makkelijk voorgeschreven. Ik had geen idee welk risico ik liep en had er nog nooit van gehoord dat ontwenning van slaapmiddelen minstens net zo erg kan zijn als van antidepressiva.
Tijdens de jaren dat ik antidepressiva en slaapmiddelen gebruikte, ging ik me steeds vermoeider voelen en kreeg ik ook andere klachten zoals voedselintoleranties, moeite met concentreren, en werd ik steeds gevoeliger voor prikkels. Op een gegeven moment raakte ik hierdoor arbeidsongeschikt. Ik kreeg toen eerst de diagnose ME die later door een Belgische ME/Lyme arts vervangen werd door ‘chronische lyme’. Hierbij kreeg ik nog een ander slaapmiddel voorgeschreven (clonazepam), volgens de arts in lage dosering, waardoor ik daar niet verslaafd aan kon raken. Daarnaast mocht ik dan ‘zo nodig’ nog het oude middel nemen.
En toen ging het fout
Nadat ik een jaar met antibiotica was behandeld tegen de Lyme, raakte mijn lever van slag en werd de antidepressiva veel te snel afgebroken, waardoor ik steeds in de ontwenningsverschijnselen zat. Ik moest mijn normale dosis wel drie keer per dag innemen en dan nog kreeg ik enkele uren na inname alweer ontwenningsklachten. Omdat de dosis in mijn bloed toen nog maar heel laag was, dacht de psychiater die ik erbij ingeschakeld had dat ik er niet veel last van zou krijgen als ik ermee zou stoppen. Maar binnen enkele dagen had ik al flinke klachten. Een paar weken later reageerde ik paradoxaal op de slaapmiddelen. Ik werd al snel na inname heel angstig wat in de loop van de volgende dag dan weer afnam. En een week later kreeg ik na inname ook epileptische schokken. Ik durfde daar toen niet meer mee door te gaan.
Toen begon de hel die nu al 10 jaar duurt. In het begin kon ik helemaal niks. Elke dag kwamen er nieuwe, heftige symptomen bij tot ik er wel meer dan 80 had, dat is moeilijk te tellen. Geen enkele lichaamsfunctie werkte nog normaal. Ik zal er hieronder een paar noemen.
Omdat slaapmiddelen ook spierverslappend werken, waren mijn spieren nu enorm stijf. Ik kon daardoor amper nog lopen en ik kon niet eens een boterham smeren. Omdat slaapmiddelen ook angstremmend werken, was dat systeem ook helemaal kapot waardoor ik enorm angstig was terwijl er helemaal geen dreiging was. Omdat ook het hele prikkeldempende systeem kapot was, was ik heel erg gevoelig voor prikkels. Ik lag in een donkere kamer en bij elke prikkel had ik de neiging om met mijn hoofd tegen de muur te bonken. En ik kon natuurlijk niet slapen. Ik sliep vaak maar om de nacht en dan nog maar enkele uren.
Ik verbleef toen een tijd bij mijn ouders waar ik volledig afhankelijk van was. Heel langzamerhand kwamen er heel kleine verbeteringen. Na twee jaar kon ik weer wat tv kijken. Later kon ik weer wat lezen. Ik kon weer eens de deur uit; een stukje lopen, soms een keer naar het strand. Maar de meeste dagen bleef ik huis gebonden. En nu nog steeds ben ik vrijwel volledig aan huis gebonden door de nog steeds voortrazende symptomen.
Protracted Withdrawal Syndrome (PWS)
Ik kreeg helemaal geen hulp in die tijd. De psychiater zei na zes weken al dat mijn klachten niet zo erg meer konden zijn en maakte er een psychische diagnose van. En mijn toenmalige huisarts vond dat ik niet bij haar moest zijn, maar bij deze psychiater. Gelukkig vond ik lotgenoten en mensen die me er doorheen hielpen op Amerikaanse fora en Facebookgroepen. Ik heb toen ook hulp gezocht bij Baylissa Frederick, een Engelse counselor die zelf ontwenning had doorgemaakt, hier een boek over had geschreven en mensen over de hele wereld bijstaat. Middels de informatie die ik vond, kwam ik er ook achter dat de dosering slaapmiddelen die ik nam helemaal niet laag was. Ter vergelijking met Valium (diazepam) kwam ik uit op 16 tot 26 mg Valium (omrekentabel Ashton manual). (NB: De normale dosering volgens het Farmacotherapeutisch Kompas ligt tussen de 2,5 en 20 mg Valium bij slaapstoornissen.)
Als je na 6 tot 8 weken nog last hebt van ontwenningsverschijnselen wordt er over ‘Protracted withdrawal syndrome’ (PWS) gesproken (Maudsley deprescribing guidelines). (Of PAWS, Post Acute Withdrawal Syndrome.) Dit kan maanden tot enkele jaren duren, en in heel zeldzame gevallen, zoals bij mij, wel tien jaar of langer. Over het algemeen wordt gezegd dat deze klachten ‘slechts tijdelijk’ zijn. Maar kan je bij langer dan 10 jaar nog spreken over ’tijdelijk’?
Er zijn ook artsen die zeggen dat klachten blijvend kunnen zijn (Maudsley deprescribing guidelines), maar hoe lang hebben deze artsen hun patiënten gevolgd? Als ik nu overlijd, dan waren een groot deel van mijn klachten blijvend. Baylissa Frederick die inmiddels al 20 jaar mensen volgt en begeleidt, houdt vol dat iedereen hier uiteindelijk van heelt, ook als het langer dan 10 jaar duurt.
Huidige symptomen
Er zijn wel meer dan tachtig ontwenningsklachten die bij antidepressiva en benzodiazepines nauwelijks verschillen. Iedereen met PWS heeft wel bepaalde klachten die intenser zijn en langer aanhouden. Welke dat zijn is heel individueel.
Ik heb nog steeds veel klachten die er altijd zijn of regelmatig terugkeren, waaronder: enorme vermoeidheid, hersenmist, angst zonder reden, niet kunnen huilen of boos worden, hartkloppingen, een diepe brandende pijn in mijn handen en voeten, brandende huid, een gevoel van ‘pins and needles’ onder m’n huid, problemen met mijn temperatuurregulatie (erg warm, maar bleke huid en niet kunnen zweten), slecht zien (niet goed kunnen focussen), druk op m’n oren, rusteloze benen, pijn in mijn gebit, etc. …
Mijn ergste klachten zijn de dystonie, de vermoeidheid en overprikkeling.
Dystonie
Dystonie betekent dat ik aanhoudende spierspanning heb, die afwisselend in mijn hele lichaam voorkomt, zelfs in m’n gezicht. Dan trekt bijvoorbeeld een mondhoek naar beneden waardoor het lijkt alsof ik een hersenbloeding heb gehad. Ook maken mijn spieren daarbij knijpende bewegingen. Dit doet heel erg zeer aan mijn spieren en peesaanhechtingen. Daardoor heb ik dan onder andere pijn bij het lopen of kan ik mijn handen niet goed gebruiken. Het ergst is het in mijn middenrif en rompspieren en daardoor is ademhalen erg zwaar en heb ik pijn bij het zitten. In de nacht word ik na een paar uur slapen wakker met het gevoel dat m’n hart, longen en andere organen bekneld zitten door de spierspanning, die dan nog erger is. Ik weet niet wat er dan precies gaande is, maar het voelt behoorlijk eng. Mijn ogen en longen branden daarbij van uitdroging en ik snak dan naar water. Maar na het drinken begint mijn hele lichaam heel erg te branden waardoor het heel lang duurt voor ik weer in slaap kan vallen, als dat al lukt. Zodoende loop ik rond met een chronisch slaaptekort.
Vermoeidheid en overprikkeling
Ik denk ook dat een groot deel van mijn vermoeidheid door deze verstijvingen komt, omdat afvalstoffen niet goed kunnen worden afgevoerd en het voelt alsof de energie niet kan stromen. En wanneer de spierspanning wat minder is, ben ik ook wat minder moe.
Mensen zien of spreken is lastig. Ik beland na een enigszins druk gesprek vaak twee dagen of langer overprikkeld en met een heel naar hoofd op bed. Dat kan ik niet twee keer per week doen. Ook niet meerdere keren per maand. Dat voelt niet goed voor m’n brein en ik moet ook voor mezelf zorgen. Ik moet altijd de weerstand (veerkracht) hebben om weer het hoofd te bieden aan een nieuw symptoom of om een verslechtering op te vangen.
Ik weet ook nooit van tevoren of ik voldoende zal slapen, wat mijn symptomen zullen zijn, of hoe moe ik zal zijn, waardoor ik nooit iets van tevoren af kan spreken. Ik moet altijd kijken op de dag zelf wat ik kan. En als ik dan eens wat kan, dan is er niet meteen iemand beschikbaar. Dat maakt sociale contacten lastig, waardoor ik die veelal slechts online heb. Een van mijn weinige uitjes is naar het strand met de taxi die ik betaal vanuit mijn pgb. Daar kan ik dan op een loungebank wat liggen zoals thuis. Of als het me lukt, ga ik naar de fysiotherapeut.
Patstelling
De dystonie is geconstateerd door een neuroloog, maar voor de behandeling daartegen kom je weer bij benzodiazepines terecht. De middelen die bij afbouw zelf deze klachten veroorzaken. Dus dat is geen optie. Ook omdat ik deze middelen nooit meer mag nemen omdat mijn zenuwstelsel daar overgevoelig voor is geworden. Dus ik krijg hier alleen fysiotherapie voor, wat helpt om de klachten te verlichten.
Geen medische hulp, niet serieus genomen
Ik ben bij verschillende artsen geweest, maar niemand heeft kennis over PWS. Een neuroloog van het LUMC zei dat ik eigenlijk een arts nodig heb die mij helemaal van top tot teen onderzoekt om uit te zoeken wat er misgaat. Maar zo’n arts bestaat niet dus moest ik er maar mee leren leven.
Er werd wel erkend dat ik eigenlijk veel zorg nodig had, maar toch werd ik zonder enige vorm van zorg naar huis gestuurd. En nu houdt dus niemand in de gaten wat er met mijn lichaam gebeurt en of dat kwaad kan. Dat vind ik erg. Dat ik er medisch zo alleen voor sta. Er is geen behandeling voor ontwenning en niemand weet wat er precies misloopt in het lichaam, maar als niemand ernaar kijkt dan komen we er nooit achter. Met een fMRI scan kunnen de effecten van psychoactieve stoffen zichtbaar worden gemaakt. Waarom kan ik dan niet zo’n scan krijgen om te kijken wat er in mijn brein misgaat? Al is het maar ter erkenning voor mij en ter lering voor artsen.
Dat heeft ook voor trauma gezorgd. Niet per se de hevige klachten, maar wel dat ik hier medisch helemaal alleen voor stond toen ik volkomen hulpeloos was. Ook nu er wel wat meer aandacht voor komt, voel ik mij hierin medisch nog alleen staan. Mijn huisarts verweet mij tunnelvisie terwijl zij zich helemaal niet in ontwenning verdiept had, en opperde dat het wellicht fibromyalgie was. Maar er is al dystonie vastgesteld, wat een symptoom is van ontwenning (benzoinfo.com), en de meeste andere klachten die ik heb komen niet bij fibromyalgie voor. Ik voel me daarom niet serieus genomen en erg onbegrepen en alleen. In plaats van dat ik ondersteuning krijg, word ik in de verdediging gedrukt. En daar heb ik de energie niet voor.
Trial and error
Er zijn wel dingen die mensen doen om hun lichaam te beïnvloeden zoals meditatie of supplementen of ze doen iets aan hun voeding. Maar de resultaten zijn erg individueel. Waar een bepaald supplement de een helpt, maakt het de ander slechter. Wat dat betreft is het Russisch roulette. Het komt er uiteindelijk op neer dat het lichaam (zelf) zijn balans weer moet vinden dat verstoord is door een chemische stof waar geen enkel organisme gedurende de gehele evolutie ooit mee te maken heeft gehad.
ME/Lyme en het patroon van ‘Waves & Windows’
De diagnose Lyme bleek achteraf gesteld met een onbetrouwbare test met veel vals positieve uitslagen*. Ik heb ook nooit een tekenbeet gezien en ik had altijd al de twijfel of ik werkelijk Lyme had. De behandeling met antibiotica veranderde ook niets aan mijn toestand. En de klachten waarop de ME-diagnose was gebaseerd, kunnen ook bijwerkingen van de medicatie zijn geweest. Een van de klachten waar ik tijdens het gebruik veel last van had en die werd geweten aan ME of Lyme, voedselintoleranties, was ook al snel na het stoppen over**. Ik heb het ook vaker gezien dat mensen tijdens het gebruik van benzodiazepines de diagnose ME hadden gekregen, bij wie de klachten waarop de diagnose gebaseerd was, na het stoppen met deze middelen langzamerhand verdwenen. En voordat ik stopte met de antidepressiva en de benzodiazepines had ik geen last van spierstijfheid en pijn in spieren en gewrichten.
Vrijwel alle klachten die ik nu nog heb, zijn ontstaan in de eerste weken na het stoppen met de middelen en volgen het patroon van ‘Waves & Windows’ dat karakteristiek is voor ontwenningssymptomen. Dit betekent dat een klacht tijdelijk veel erger kan worden en daarna weer afzwakt, waarbij de klacht dan minder erg kan zijn dan voor de ‘wave’, waardoor er als je het op langere termijn over meerdere golven heen bekijkt, er een opgaande lijn is richting herstel.
Waarom zo langdurig?
Bij de meeste mensen duren ontwenningsverschijnselen niet zo lang en als mensen langzaam afbouwen dan hoeven ze ook niet zo ernstig te zijn. Wat mogelijk meespeelt is dat ik langdurig antidepressiva heb gebruikt (19 jaar), meerdere stoppogingen heb gedaan, meerdere soorten benzodiazepines tegelijk gebruikte en veel te snel vanaf veel te hoge doseringen gestopt ben. Maar niemand weet precies wat er in het lichaam niet goed gaat en of er dingen zijn die het herstel kunnen bespoedigen of vertragen. Misschien is er een genetische factor die nog niet bekend is. Ik ken iemand die veel meer middelen heeft gebruikt dan ik en die in het eerste jaar van zijn ontwenning al meer kon dan dat ik nu kan.
Mijn situatie nu – een strijd tussen onderprikkeling en overprikkeling
Ik kan onder andere niet veel lopen, niet aan het verkeer deelnemen (ben niet alert), niet op vakantie, niet werken, niet een dag of een avondje weg, niet naar de film, niet sporten en nauwelijks met mensen afspreken of visite ontvangen. Op een goede dag kan ik naar het winkelcentrum aan het eind van de straat lopen en een boodschap doen, maar meestal kan ik dat niet. Ik breng mijn dagen dan ook meestal thuis door, op de bank.
Het is een strijd tussen onderprikkeling en overprikkeling, het is al snel te veel, maar te weinig prikkels/sociaal contact is ook erg vervelend. Ik heb via de gemeente huishoudelijke hulp en een persoonsgebonden budget voor vervoer.
Het is altijd lastig als iemand aan me vraagt hoe het met me gaat. Als iemand me überhaupt ziet, dan heb ik al een betere dag, anders kom ik niet uit huis. Daarnaast kan ik mijn aandoening en mijn symptomen niet even in zo’n praatje kwijt; welk rare symptoom nu weer hevig is en me die nacht weer uit mijn slaap heeft gehouden bijvoorbeeld. En ik heb ook geen zin om iedereen uit te leggen dat ik ziek ben door antidepressiva en slaappillen omdat mensen me daardoor toch als iemand met psychische problemen blijven zien, terwijl de oorspronkelijke problemen al lang zijn opgelost. Daarom heeft niemand ook echt een beeld ervan. Dat hoeft ook niet persé, maar ik denk wel vaak, je moest eens weten hoe mijn leven er écht uitziet.
Ik ben niet de enige
Ik heb in die tien jaar heel wat lotgenoten meegemaakt die met dezelfde symptomen worstelden. Al is vrijwel iedereen die ik aan het begin leerde kennen al lang hersteld. Bij de Vereniging Afbouwmedicatie komen dagelijks wel tien berichten binnen van mensen die worstelen met ontwenningsverschijnselen, omdat ze te snel moeten afbouwen van hun arts die hier te weinig kennis over heeft***. Ook hier zien ze dat de klachten ernstiger zijn en langer duren als er te snel afgebouwd wordt.
Zingeving
Door de hersenmist heen heb ik als bewerker meegewerkt aan een boek over hechting, ‘Vrij gehecht’ van Jeroen Hoekman, en dat promoot ik omdat hechting vaak de oorzaak is van angst, onzekerheid en andere psychische problemen. Mensen zouden hiermee aan de slag moeten gaan in plaats van pillen slikken, vind ik. Daarnaast schrijf ik momenteel mijn eigen boek over wat er allemaal is misgegaan tijdens mijn jaren van gebruik en over de jaren in ontwenning.
Toekomst
Ik ben bang voor de blijvende schade die mijn lichaam in deze tien jaar al opgelopen heeft. Ook vraag ik me af hoe reëel het nog is om te verwachten dat deze ontwenningsverschijnselen ooit nog ophouden en wat is er dan nog van mij over? Kan ik ooit nog een beetje een leven hebben of zal ik zo beperkt blijven? Omdat ik dat niet weet en er nog wel kleine veranderingen zijn, hou ik nog hoop, maar de moed zakt me ook geregeld in de schoenen. Naast alle nare klachten doet het ook veel pijn om het leven alleen vanaf de zijlijn te mogen bekijken en er amper aan deel te mogen nemen.
Een Nederlandse lotgenoot heeft dit jaar euthanasie gekregen omdat ze door haar enorme gevoeligheid voor geluid na het stoppen met psychofarmaca geen leven meer had. Zo erg kan ontwenning dus zijn.
Beschouwing
Ik weet dat er ook mensen zijn die positieve ervaringen hebben met antidepressiva of die jarenlang slaapmiddelen gebruiken. Maar door mijn ervaringen ermee wil ik mensen waarschuwen dat het geen onschuldige middelen zijn. Ik heb inmiddels zoveel mensen met ellende ervan meegemaakt. Ondanks alle nare symptomen en ellende ben ik zelf gelukkig niet depressief en ben ik blij dat ik van de middelen af ben en mezelf weer terug heb. Ik voel veel meer motivatie, levenslust en creativiteit dan in de tijd dat ik de middelen gebruikte.
Pleidooi
Er zijn ook mensen bij wie afbouwen van psychofarmaca geen enkel probleem geeft. Alleen weet je dat pas achteraf. Daarom is het belangrijk om uit voorzorg altijd langzaam af te bouwen.
(Volgens de Maudsley deprescribing guidelines ervaren ongeveer 50% van de mensen die stoppen met antidepressiva en tussen de 32-42% van de mensen die stoppen met benzodiazepines ontwenningsverschijnselen. Maar echt goed onderzoek is er eigenlijk nooit naar gedaan.)
Toen ik in 2014 in deze hel terechtkwam toen kon ik nergens in Nederland hulp vinden. Er was geen arts of organisatie te vinden die zich hiermee bezighield. Inmiddels zijn er wel wat psychiaters, apothekers en organisaties die er kennis van hebben en mensen informeren en helpen om verantwoord af te bouwen, zoals bv de Vereniging Afbouwmedicatie, Stichting Pill en Psychosenet. Hier ben ik blij om voor de mensen die er nu mee te maken hebben, want het was heel erg om hier zo alleen voor te staan. Ook ben ik natuurlijk blij met de site Mad in the Netherlands omdat mensen op deze site veel informatie kunnen vinden. Maar eigenlijk zouden mensen deze informatie helemaal niet op internet op moeten zoeken, maar bij hun huisarts of psychiater moeten krijgen. Helaas is dit echter meestal nog niet zo. Daarom zou er een verplichte bijscholing moeten komen voor alle voorschrijvers over de negatieve gevolgen van en over verantwoorde afbouw, waarbij de ervaringskennis van (ex-)gebruikers wordt meegenomen.
Vanwege de ellende om van deze middelen af te komen, wil ik er daarnaast voor pleiten dat artsen veel terughoudender worden bij het voorschrijven van antidepressiva en slaapmiddelen. Ik zie op Facebookgroepen over bv de overgang, angst en andere psychische problemen hoe makkelijk er over deze pillen wordt gedacht en hoe makkelijk mensen deze pillen nog steeds krijgen. En dan denk ik, je moest eens weten!
Ook moeten voorschrijvers hun patiënten wijzen op de risico’s. En dan bedoel ik niet alleen de kans op bijwerkingen en een nare ontwenning, maar ook het risico dat je loopt om acuut in de ontwenning te raken wanneer het middel niet beschikbaar is. Artsen moeten mensen erop wijzen dat als je een dergelijk middel eenmaal slikt, je afhankelijk bent van een arts voor je voorschriften (ook t.a.v. een verantwoorde afbouw) en van de beschikbaarheid van het middel (denk aan leveringsproblemen, rampen, of als je je medicatie kwijtraakt op vakantie). En je lichaam kan dus ook nog eens zélf voor problemen zorgen, zoals in mijn geval de problemen met mijn lever en de paradoxale reacties.
Omdat ontwenningsverschijnselen bij langzame afbouw veel minder ernstig en langdurig hoeven te zijn, pleit ik er ook voor dat alle verzekeraars afbouwmedicatie moeten gaan vergoeden zodat mensen heel langzaam op hun eigen tempo kunnen afbouwen. (Op dit moment vergoeden alleen DSW en ENO-Salland dit. HP de Tijd.) Want nu moeten veel mensen dit zelf betalen en zijn daarom gedwongen om middelen te slikken die ze niet meer willen. En dit gaat mijns inziens in tegen artikel 11 van de grondwet, het recht op onaantastbaarheid van het menselijk lichaam (‘Iedereen mag zelf bepalen wat er met zijn of haar lichaam gebeurt, of medische handelingen worden verricht en of voorgeschreven medicijnen worden ingenomen.’)
Ook wil ik mensen afraden om zelf abrupt of van een te hoge dosering te stoppen en het zou zelfs strafbaar moeten worden voor artsen om patiënten te snel of ‘cold turkey’ te laten stoppen.
Ik ben een voorbeeld van hoe erg het mis kan gaan.
***Deze blog verscheen voor het eerst op Mad in the Netherlands, 16 september 2024***
Mad in the Netherlands presenteert blogs van een diverse groep schrijvers. Deze berichten zijn bedoeld als een openbaar forum voor discussie over de psychiatrie en haar behandelingen. De geuite meningen zijn die van de schrijvers zelf.
Bronnen:
* Documentaire ‘Undercover in de Duitse Lyme kliniek’ van Zembla internationaal, uitgezonden op 18 oktober 2017
*** HP de Tijd, ‘Hoe kom je weer van die pil af’, juni 2024