
In 2018 schreef ik een artikel voor Mad in America genaamd “Mijn gruwelijke nachtmerrie van door psychiatrische middelen veroorzaakte acathisie (akathisia)” Het beschrijft de onmiddellijke gevolgen op mijn leven na het afbouwen van het atypische antipsychoticum (AAP) Lurasidon in 2016. Het artikel, vergezeld van een korte YouTube-film die ik maakte over de verschrikkingen van het medicijneffect akathisia, beschrijft mijn ervaringen met het medische systeem; een omgeving die ik altijd mijn leven en gezondheid toevertrouwde, totdat ik ernstige medicijn-geïnduceerde neveneffecten ontwikkelde na jaren van polyfarmacie in de psychiatrie.
Door J.A. Carter-Winward – 6 juni 2023
Ik had ingestemd met de door mijn artsen gestelde misdiagnose van bipolaire stoornis op grond van het feit dat zij medische professionals waren. Ik had geen vraagtekens gezet bij hun aandringen dat ik levenslang medicijnen moest krijgen omdat zij (samen met reclames op televisie over neurotransmitters in stripvorm) een verhaal vertelden over “chemische onbalans”. Een verhaal dat inmiddels door de medische wetenschap is ontkracht. Toen de medicijnen voor mij levensbedreigende gevolgen begonnen te krijgen, verwierp de medische wereld mijn ervaring en weigerde men in te zien hoe hun medicijnen mijn leven negatief hadden beïnvloed. De angst voor akathisia is reëel. Toen ik het artikel vier jaar geleden schreef, was elke hoop voor mij vervlogen.
Recentelijk schreef mijn man Kent een artikel over onze ervaringen met de Latuda-ontwenning in 2016. Kort nadat zijn artikel was gepubliceerd, schreef ik voor het eerst sinds 2018 weer een artikel voor deze site: “Wakker worden uit die gruwelijke nachtmerrie – Herstel van acathisie mogelijk?”. In dit artikel geef ik een overzicht van wat er sinds 2018 allemaal is gebeurd, zoals mijn dagelijkse strijd met acute acathisie, andere tardieve (verlate) gevolgen van psychiatrische medicatie en over bijkomende gezondheidsproblemen die op dat moment geen verband leken te houden met de schadelijke gevolgen van psychiatrische medicatie. Inmiddels weet ik wel dat ook dat anders is.
In mijn vorige stuk spreek ik over hoop. Hoop is vaak moeilijk over te brengen op mensen die lijden aan het fysiek en psychisch trauma als gevolg van medicijnschade. Daarom zal het hebben over koorddansen en evenwicht. Net als ik heb je waarschijnlijk nog nooit aan koorddansen gedaan, maar je kunt je wel verplaatsen in de metafoor van het lopen over een nauw en onvoorspelbaar oppervlak. Dit komt overeen met hoe ik me voel als ik schrijf of praat over herstel van traumatisch chemisch hersenletsel (TCBI) veroorzaakt door psychiatrische medicijnen. Ik heb het gevoel dat ik over een dun lijntje moet bewegen omdat er mensen zijn wiens verwondingen nog vers zijn, anderen wiens verwondingen al ouder zijn maar die nog steeds hard, pijnlijk littekenweefsel dragen dat hun leven belemmert, en weer anderen die aan het leegbloeden zijn. En natuurlijk zijn er de lezers die voor de gewonden zorgen – of dat nu zijzelf, hulpverleners, familieleden, artsen of professionals in de geestelijke gezondheidszorg zijn. En dus, zoals elke amateur koorddanser, probeer ik de juiste balans te vinden tussen hoop en praktische uitvoerbaarheid, een soms onelegant en dynamisch proces dat constante aanpassing, beweging en bijstelling vereist – net als het herstelproces zelf.
De afgelopen 18 maanden ben ik actief bezig geweest met het investeren in herstel van mijn gezondheid. Toch begon mijn zoektocht naar verlichting en herstel op het moment dat ik in 2016 werd gediagnosticeerd met door psychofarmaca geïnduceerde akathisia. Ik nam veel verkeerde afslagen en had veel tegenslagen, maar ik begon ook stap voor stap vooruit te gaan met elk nieuw inzicht over hoe ik beschadigd was geraakt. Sinds begin vorig jaar heb ik slechts één dag van slopende acathisie gehad. Wanneer ik echter probeerde te vertellen hoe ik denk dat ik zover gekomen ben aan een paar mensen die wanhopig op zoek leken naar begeleiding, werd mijn ervaring beantwoord met ongeloof, afwijzing en/of soms woede, wat me vreemd genoeg doet denken aan hoe ik behandeld werd door de medische gemeenschap toen mijn verhaal niet overeenkwam met dat van hen.
Wanneer ik mijn persoonlijke ervaringen met voorgeschreven (en andere iatrogene) schade vertel, samen met mijn ervaring om een veelbelovende weg naar herstel te vinden, probeer ik dus zo nauwkeurig en zorgvuldig mogelijk te zijn. Omdat ik besef dat we ons allemaal in verschillende stadia van herstel bevinden, hoop ik dat je, waar je je ook bevindt in het proces, iets waardevols zult vinden, of je nu medicijnen gebruikt, aan het ontwennen bent, een steunfiguur bent, een medische of geestelijke zorgverlener bent, of iemand die lijdt aan chronische of acute letsels. Net als de vele keerpunten op een steil bergpad is dit proces vervelend en lastig voor me geweest. Ik vraag je daarom om je begrip als ik mijn verhaal deel op een manier die misschien niet een op een lijkt op jouw weg naar herstel (hoewel dit ook een afspiegeling is van het pad naar herstel). Hoe de dingen zich voor mij ontvouwde is, denk ik, net zo belangrijk als op welk punt ik nu ben, wat niet volledig hersteld is, maar wel herstellende.
In mijn vorige artikel waarin ik de belangrijke vraag stelde: “Is herstel van akathisia en andere schadelijke effecten van geneesmiddelen mogelijk?” vertelde ik dat mijn verhaal niet “uniek of bijzonder interessant” was, wat in sommige opzichten waar is. Ik heb te veel horrorverhalen gelezen om te durven beweren dat mijn verhaal uitzonderlijk is.
Maar toen ik mijn volgende artikelen begon te schrijven op een manier dat ze accuraat mijn herstelproces zouden weergeven, realiseerde ik me dat ik, om uit te leggen hoe ik hier terecht gekomen was, moest verduidelijken waar ik vandaan kom en hoe lang ik daar al ben, want “terugkijken op de symptomen geeft essentiële aanwijzingen over welk deel van de hersenen, welk systeem, gewond is geraakt”.
Van mijn eind twintig tot midden dertig
Toen ik in 1996 voor het eerst Zoloft nam, kon ik niet stil blijven zitten. Ik begon hevig te transpireren terwijl mijn mond en ogen uitdroogden. Maar het gaf me ook een vreemd, bruisend gevoel van energie, alsof ik teveel cafeïne had genuttigd, wat een welkome afwisseling was op de uitputting die ik voelde als alleenstaande moeder die leed aan een door traumatisch hersenletsel (TBI) veroorzaakte depressie na een wrede scheiding. Ik stond constant op scherp en was reactief als een stroomdraad. Ik sportte twee, soms drie keer per dag om de onrust kwijt te raken. Ik kon nauwelijks eten of slapen. Mijn hart bonkte door mijn borstkas heen en één been schokte altijd.
Na een paar maanden van deze vreselijke sensaties stopte ik abrupt met de SSRI en dook in de donkerste plek waar ik ooit was geweest. Met een gewelddadige ex-man die me stalkte en twee kleine kinderen die ik moest beschermen, was ik doodsbang voor wat er emotioneel met me gebeurde. Ik ging naar een psychiatrische kliniek, waar ik “quizvragen” moest beantwoorden om vast te stellen of ik aan een ernstige psychische aandoening (SMI) leed. Het was geen verrassing dat ik de diagnose “bipolaire stoornis II” kreeg. Ik kreeg een neurolepticum, een “stemmingsstabilisator” en twee andere SSRI’s voorgeschreven en kreeg te horen dat ik levenslang medicatie nodig zou hebben.
Kort nadat ik met deze cocktail was begonnen, werd ik lusteloos en kon ik niet meer sporten of werken. Ik verloor mijn fulltime baan en verzuimde mijn studie. Mijn cognitieve functies waren zo aangetast dat ik geen verbale of schriftelijke instructies meer kon volgen. Ik begon aan te komen terwijl ik mijn dochters opvoedde vanuit een veelal horizontale (liggende) houding. Ik voelde me nooit wakker of uitgerust en verkeerde in een permanente staat van verlammende angst. Ik moest de voogdij noodgedwongen delen met mijn ex-man. Mijn dochters woonden twee weken per maand bij hem en werden emotioneel en lichamelijk mishandeld. En ik kon er niets aan veranderen, want ik had geen middelen of steun. Toen ik mijn baan verloor, raakte ik ook mijn ziektekostenverzekering kwijt en moest ik in één keer stoppen met de vier medicijnen. Ik overleefde het bijna niet. De constante terreur en paniek die ik voelde kwamen overeen met mijn leven, dus het voelde redelijk, vertrouwd. De suïcidaliteit niet.
In 1999 hertrouwde ik. Kort daarna wist ik dat ik de voogdij over mijn meisjes moest krijgen. Wat ik ook deed, niets kon de mishandeling door hun vader compenseren. Tijdens de voogdijstrijd werd mijn diagnose tegen me gebruikt, net als mijn gebrek aan medicatietrouw. Mijn advocaat zei dat als ik geen medicijnen nam, ik de voogdij kon verliezen aan de gewelddadige man waaraan we probeerden te ontsnappen. Na een juridische beproeving van een jaar kreeg ik de voogdij toegewezen. In 2002 beviel ik van mijn zoon.
In 2004 zorgde ik voor drie kinderen en mijn beide ouder wordende ouders én probeerde ik een carrière als schrijfster op te bouwen terwijl ik ondertussen probeerde om mijn moeizame huwelijk in stand te houden. Om dit alles voor elkaar te krijgen, was ik in therapie. Dat jaar kreeg ik een aanval, waarschijnlijk als gevolg van het hersenletsel en de multimedicamenteuze behandeling van de jaren daarvoor.
Niet wetende dat het een aanval was, belde ik mijn therapeut, die me doorverwees naar een psychiater die beschouwd werd als een “expert” op het gebied van bipolaire stoornissen. Dit hield in, maar daar kwam ik pas veel later achter, dat hij exorbitante hoeveelheden geld aannam van farmaceutische bedrijven om patiënten medicijnen te geven en “voor te lichten”. Hij gaf me het atypische antipsychoticum Abilify. Toen ik hem belde om te vertellen dat ik het gevoel had dat “mijn botten door mijn huid heen probeerden te breken”, omdat rusteloosheid qua intensiteit niet eens in de buurt kwam van wat ik voelde, verlaagde hij mijn dosis en voegde hij benzodiazepinen toe. De dosis benzo’s bleef jaar na jaar stijgen, terwijl de akathisia in mij woedde. Ik vertelde hem dat de medicijnen me te vermoeid maakten – ik kon niet sporten of functioneren – dus voegde hij een paar SSRI’s en amfetaminen toe om iets tegen de vermoeidheid en gewichtstoename te doen.
Ik verloor mijn beide ouders in hetzelfde jaar dat mijn tweede huwelijk eindigde.
Eind 30, midden 40
In 2008 trouwde ik met mijn derde en huidige man, Kent. In 2009 was ik meer dan 35 kilo aangekomen en ik kon het met geen mogelijkheid kwijtraken. Ondanks dat ik al mijn hele leven aan lichaamsbeweging deed en er een gezond leefpatroon op nahield, stelde mijn huisarts vast dat ik een hoge bloeddruk, hoge triglyceriden en “prediabetes” leed. Chronische akathisie was mijn “normaal” sinds Zoloft, maar in 2011 miste ik een dosis van de SNRI Desvenlafaxine en bevond ik me in de greep van een pure terreur die aanvoelde als het einde van mijn onwaanzin (sanity). Ik herstelde nooit volledig en mijn dagelijkse akathisia werd acuut. Dat hele jaar stond in het teken van afkicken van Pristiq, terwijl mijn lichamelijke en geestelijke gezondheid in een neerwaartse spiraal terechtkwamen.
Inmiddels was ik naar een zorgzame en conservatieve arts doorverwezen die zich zorgen maakte over mijn medicatie-regime. We begonnen met het afbouwen van de SSRI’s, waarbij ik de ontwenningsverschijnselen nauwelijks opmerkte omdat, nogmaals, dat mijn “normaal” was geworden.
Gedurende al die jaren had ik korte vensters (windows) waarin ik functioneerde, vlagen (“fits and starts”) die uiteindelijk eindigden in het verlies van mijn volledige functioneren. Deze korte momenten waarin ik kon functioneren (windows) duurden slechts een paar uur in de ochtend. Ik benutte ze maximaal door te schrijven en te creëren, maar de goede momenten werden steeds korter. Begin 2015 kreeg ik opnieuw het Epstein-Barr virus, gevolgd door een ernstige infectie die me in het ziekenhuis deed belanden. Dat was het begin van het einde – het afbouwen van alles, inclusief mijn carrière, die nog maar net op gang was gekomen. Al snel begon ik niet meer aan projecten omdat ik op voorhand al wist dat ik ze niet zou kunnen afmaken. Ik stopte met alle publieke optredens. Ik was opgesloten, niet in staat om eenvoudige boodschappen te doen, vriendschappen of andere relaties te onderhouden of zelfs maar de lichtste fysieke, psychologische of emotionele stress het hoofd te bieden.
Eind 40, begin 50
In 2016 kreeg ik de diagnose door medicijnen veroorzaakte acathisie en werd ik van het AAP, Latuda, afgehaald. Mijn diagnose “bipolair” werd vervangen door “TBI”. Op dat moment werd ik volledig gehinderd door mijn verslechterende geestelijke en lichamelijke gezondheid. Tijdens de ontwenningsperiode had ik migraine, koorts, duizeligheid, misselijkheid en oncontroleerbare bewegingen in mijn gezicht, lichaam en mond. Vijf maanden na de laatste dosis had ik moeite met spreken en lopen en had ik fysiotherapie nodig om opnieuw te leren lopen. Ik verloor het vermogen om piano te spelen en te typen. Ik kon mijn vingers en benen voelen, maar het was alsof ze niet meer naar me luisterden als ik ze probeerde te bewegen.
Mijn cognitie was achteruit gegaan en mijn emotionele toestand ging alle kanten op, behalve in de richting van wat op oké leek. Ik was nog steeds in gesprekstherapie om dingen te leren die misschien helpend waren geweest als ik niet zoveel fysieke en geestelijke ellende had gekend.
Tremoren belemmerden mijn motorisch functioneren en willekeurige delen van mijn lichaam verkrampten en blokkeerden, zoals mijn strottenhoofd, middenrif en blaas, soms urenlang. Mijn nek was drie jaar lang pijnlijk immobiel. Zonder aanleiding of waarschuwing werden mijn gewrichten gevoelig, gezwollen en rood. Mijn kaakspieren verkrampten en mijn mond knalde ongecontroleerd open. Toen mijn middenrif dichtklapte, kon ik geen adem meer halen. Mijn keel was zo gespannen dat ik nauwelijks voedsel kon doorslikken dat niet in ieniemienie kleine stukjes was gesneden. Ik verslikte me in vloeistoffen. Overdag en ’s nachts verkrampten mijn grotere spieren, ze werden zo hard als staal, als langdurige aanhoudende spierspasmen. ’s Nachts werd ik gillend van de pijn wakker, mijn rug kromde zich en mijn benen verkrampten. Als ik over de vastgezette spieren wreef, moest ik overgeven. Als ik op een zeldzaam moment even in een bewusteloze slaap kwam, kon mijn man mijn spieren onder mijn huid voelen trillen of bewegen als golven die op de kust klotsten.
Water brandde, droogde mijn keel uit en maakte mijn maag van streek, waardoor die opzwol. Eigenlijk blies alles wat ik at mijn maag op (en uit). Ik probeerde mijn dieet te beperken, maar hoe meer ik beperkte, hoe meer voedselovergevoeligheden ik ontwikkelde en regelmatig kreeg ik netelroos over mijn hele lichaam zonder enige aanwijsbare reden. Elke dag had ik last van een verstoorde bovenste en onderste darmflora, chronische constipatie, acute akathisia en celverpletterende vermoeidheid, samen met pijnen door heel mijn lichaam. Tegen die tijd was ik ook insulineresistent. Telkens als ik lag, ging mijn hart in voorkamerfibrillatie (een hartritmestoornis waarbij het hart onregelmatig en soms te snel klopt), maar als ik opstond, voelde ik me flauw en uitgeput terwijl mijn bloeddruk kelderde. Ik had last van nachtelijk zweten en andere temperatuurstoornissen die mijn slaapproblemen nog erger maakten.
Toen ik verder afbouwde van de medicijnen, werd ik wakker met een gevoel alsof er een hete pook tegen mijn benen, tepels, rug, buik en armen werd gehouden. Een niet thuis te brengen geschreeuw vestigde zich in mijn linkeroor, waardoor ik uit balans en uitgeput raakte. Daarom kreeg ik een hoortoestel om te proberen iets anders te versterken dan het constante gekrijs dat door mijn hoofd klonk.
Toen ik een dag later weer probeerde om in ‘standje workout’ te gaan, was de vermoeidheid groot, waren mijn lichaamsbewegingen ongecontroleerd en voelden mijn spieren “brak” alsof ik griep onder de leden had. Ik stopte met trainen omdat ik niet nog meer verlies van mijn conditie kon riskeren. Epileptische aanvallen waren aan de orde van de dag. Eten maken, boodschappen doen of het huis schoonmaken was te veel. Ik verwijderde mezelf uit het openbare leven en kon geen enkele vorm van sociale media meer verdragen.
Mijn pijngrens werd hoger en toen artsen naalden in me staken, verwonderde ik me erover dat ik het niet voelde. Om de pijn van akathisia te verdrijven, liet ik een tatoeage zetten. Ik viel in slaap als de naalden zich in mijn vlees boorden, maar er waren dagen dat de artiest niet kon werken vanwege mijn schokkende, trillende spieren.
In de jaren na het ontwennen van Latuda kon ik niet meer intiem zijn met mijn man. Als ik niet verdoofd was en niet reageerde, was ik zo overgevoelig dat ik geen enkele aanraking kon verdragen. Mijn man leerde op eieren te lopen en moest zich vaak van mij afzonderen om niet in mijn afgrond meegesleurd te worden.
Hoewel ik ongevoelig was geworden voor pijn, werd ik omgekeerd overgevoelig voor elke prikkel. De gordijnen waren altijd dicht omdat zonlicht mijn hele lichaam pijn deed. Een hard geluid kon me in tranen krijgen. Als een van mijn katten op me sprong, was de pijn die ik voelde ondraaglijk en vatte ik dat persoonlijk op – in feite vatte ik alles persoonlijk op. Ik kon de geur van chemicaliën, schoonmaakmiddelen of parfums niet verdragen. Bedtijd was een nachtmerrie – niet te onderscheiden van mijn horror overdag, met visuele en andere zintuiglijke verstoringen die me deden geloven dat ik echt mijn verstand was verloren. Ik lag vaak wakker, kwam snikkend de nacht door en bad om de dood.
We hadden eerst hulp gezocht binnen de medische wereld, maar kwamen er al snel achter dat ze alleen maar nog meer schadelijke pillen, psychiatrische diagnoses, onwetendheid en minachting te bieden hadden. Mijn moedeloosheid werd alleen geëvenaard door een alles verterende woede. Ik verloor mijn vermogen om contact te maken met andere mensen, behalve in pijn en woede. Mijn creativiteit kon geen kant op, want kunst die ontstaat uit wanhoop en pijn is niets meer dan chaos: een gewelddadige, onverstaanbare schreeuw in het donker.
Er waren dagen dat mijn leven onwerkelijk leek. Ik kon geen gevoel krijgen voor de mensen van wie ik hield. Ik kon mezelf niet langer ontdekken in mijn eigen lichaam, geest en wereld.
Mijn huwelijk was broos door conflicten. Omdat ik wist dat mijn toestand Kent verscheurde, voelde ik me zowel hulpeloos als verbitterd; alles leek bedreigd en bedreigend. In deze tijd begon mijn zoon aan zelfmedicatie. Twee keer verloren we hem bijna aan een overdosis en ik wist dat het mijn schuld was.
Op één of twee vrienden na verloor ik ze allemaal. Mijn uitgebreide familie werd afstandelijker en verstomde. Onze lokale gemeenschap schreef me af en ging verder, niet echt wetend wat er aan de hand was. Zonder een duidelijk begrip als “kanker” wisten ze precies genoeg om te weten dat ze niet meer informatie wilden hebben omdat dan de basis van hun eigen gevoel van veiligheid aan het wankelen zou worden gebracht. Dit is wat er gebeurt met iedereen die lijdt aan een niet goedgekeurde ziekte – het isolement dringt zich op.
Ik kon er niet tegen om in het openbaar of bij andere mensen te zijn; ik kon er niet tegen om alleen te zijn. Simpel gezegd voelde ik me emotioneel zonder eelt op de huid; de zachtste warme zucht van uit de wereld voelde ondraaglijk.
Mijn 50er jaren
Ik vocht al sinds 1997 tegen suïcidale gevoelens, maar in 2019, met nog maar één kind thuis, begon het gevoel te winnen. Ik kon mezelf bijna wijsmaken dat mijn gezin het wel prima zou redden zonder mij, omdat ik wist dat Kent er zou zijn. Samen met een meedogenloze onophoudelijke angstaanjagende terreur, voelde ik me zowel vol van schaamte, wanhopig en uitzichtloos – gevoelens die vaak gepaard gaan met de suïcidaliteit van akathisia. Ik begon kostbare erfstukken weg te geven aan mijn kinderen en kleindochter. Als mijn zoon niet thuis was, schreeuwde ik in de kelders van mijn lege huis, smekend om hulp die nooit kwam.
Ik was emotioneel afwezig en niet in staat tot interactie met mijn worstelende volwassen kinderen, die niet konden begrijpen waarom ik in een neerwaartse spiraal terecht kwam omdat ik mezelf er niet toe kon brengen om tegenover hen toe te geven hoe erg ik aan het ploeteren was. Ik schreef alles – zowel de mentale, fysieke, cognitieve als emotionele achteruitgang – toe aan mijn eigen persoonlijke tekortkomingen als mens.
Op mijn vijftigste was ik aan het afhaken. Een leven lang proberen om voor mijn lichaam en geest te zorgen was in een paar korte jaren tenietgedaan omdat het van alle kanten duidelijk werd dat ik uit elkaar aan het vallen was. De pandemie was bijna een opluchting, waardoor mijn kleine, verstikkende leven “normaler” leek omdat andere mensen daardoor ook thuis kwamen te zitten, geïsoleerd en bang.
Nu
Als je langere tijd psychiatrische medicijnen hebt geslikt, kan het zijn dat een deel of alles van het bovenstaande je bekend voorkomt. Uit nieuwsgierigheid besloot ik alle medicijnen op te zoeken die ik door de jaren heen had gebruikt, vaak allemaal tegelijk: SSRI’s, SNRI’s, AAP’s (neuroleptica), anti-epileptica, amfetaminen en benzodiazepinen. Ik was stomverbaasd. Het zou minder tijd kosten om een lijst te maken van de medicijnen (in elke klasse) die ik niet had genomen.
Zo heb ik bijna een kwart eeuw geleefd. Vandaag de dag ben ik nog steeds bezig met het afbouwen van medicijnen, maar ik voel me beter en daardoor weet ik dat herstel mogelijk is. Dat gebeurde echter niet “zomaar”. Herstellen van dit soort schade die gedurende zo’n lange tijd is ontstaan, is voor mij nooit een passief proces geweest. En hoewel herstel begon met een mindset, was het begrijpen van de systemen die beïnvloed werden door medicijnen een essentieel stukje van de puzzel. Ook opmerkelijk is dat ik hier niet alleen uitgekomen ben; ik heb onderweg hulp nodig gehad.
Merk op dat ik maar vier medicijnen bij naam heb genoemd en dat ik geen specifieke diagnoses heb genoemd, behalve akathisia. Dat was opzettelijk. Het is te gemakkelijk om je over te geven aan een etiket – we onderschatten vaak hun kracht. In sommige gevallen betekent een officiële diagnose het einde van de nieuwsgierigheid van zowel arts als patiënt, wat de inspanningen om te herstellen van medicijnschade kan ondermijnen.
De pathofysiologie van acathisie en andere psychotrope middelen is onbekend. In het vervolg zal ik me niet richten op specifieke medicijnen of diagnoses, maar op de schijnbaar ongelijksoortige symptomen die mijn hele systeem teisterden met disfuncties die voortkwamen uit psychiatrische medicatie.
In mijn volgende artikel zal ik ingaan op hoe ik de hersenen en het zenuwstelsel vanuit een herstelperspectief ben gaan begrijpen. Het begrijpen van de mechanismen achter de symptomen was mijn volgende stap naar heling.
***Gepubliceerd op Mad in America, 6 juni 2023. Vertaald door MitN***
Mad in America host blogs van een diverse groep schrijvers. Deze posts zijn bedoeld als een openbaar forum voor een brede discussie over de psychiatrie en haar behandelingen. De geuite meningen zijn van de schrijvers zelf.